Er zou bijna gedacht kunnen worden dat we na mijn weekje Budapest niets meer hebben meegemaakt….niets is minder waar, maar over onze hoofdstad raak je zo moeilijk uitgepraat. Vandaar weer een BP blog en misschien later nog wel 1 of 2……
Uiteraard niet zonder iedereen een prachtig 2011 toe te wensen, waar ook ter wereld jullie je bevinden.
Net voor vertrek naar BP las ik een stukje over een Beigli wedstrijd. Beigli is het Hongaarse nationale gebak voor de feestdagen, Kerst en Pasen. Het is een rol van speciaal deeg, gevuld met noot of maanzaad en af en toe zie je er één met kastanje. Je snijdt er plakjes van en het is lekker. In ons dorp maken ze het natuurlijk zelf, maar wij hebben tot dusverre voor 100% vertrouwd op de bakker.
Er zit wel verschil in. Je ruikt het al als het papiertje open gaat, aan de geur kun je al gokken waar de beigli vandaan komt en hoe hij zal smaken. In Budapest vonden ze dat blijkbaar ook en is er voor de Kerst een beigli wedstrijd uitgeschreven. Een deskundige jury heeft geproefd, gewikt en gewogen en is op deze manier tot een top 3 gekomen.
Op nummer 1, het verbaasde me niks, de cukraszda Auguszt, altijd goed voor een heerlijk kopje koffie met wat erbij op 3 plaatsen in de hoofdstad. En nog betaalbaar ook. Op 2 een verrassing, voor mij althans. Cukraszda Daubner werd als zeer goede tweede geroemd. En laat ik Daubner nou nog niet kennen, daar moest tijdens mijn week natuurlijk verandering in komen.
Ik zocht het adres op en was positief verrast om te zien dat ik een Beigli bezoekje goed kon combineren met 2 andere wensen van mijn lijstje. Het buurtje rondom Kolossytér en een filiaal van de Fressnapf aan het randje van Buda. En zoals altijd, te bereizen met 1 enkele tram, lijn 17. Start aan de Budazijde van de Margit brug. Ook al moet je niks speciaals, lijn 17 is gewoon leuk en de moeite van het instappen waard. Het eerste stuk voert door oude stad en hoge stadswoningen, meteen gevolgd door een zeer authentiek stukje, daar waar de straat slechts 2 tram railsen en auto’s op de stoep breed is. Aan de rechterhand het Lukacs geneeskrachtig bad, druk bezocht, oud en jong met mutsen en sjaals over het natte haar. De ingang, rijk aan marmer en vol van de geur van zwavel.
Nog verderop het mooie buurtje bij Kolossytér en ik stap uit. Op weg naar Daubner. Makkelijk te vinden, de weg volgen een beetje omhoog en als ik op 100 meter ben ruik ik het al. De typische patisserie geur, zwaar en zoet maar oh zo lekker en oh zo’n bewijs voor een echte goede banketbakker. De zit van de cukraszda is dicht maar daar is wat op gevonden, in de winkel is een lange smalle bar gemaakt, met spiegels er boven en ook hier kun je proeven wat je in de vitrines hebt bewonderd. De geprezen beigli’s hebben zelfs een aparte balie, evenals het zoute gebak, de koekjes en de taarten. Ik kijk mijn ogen uit en maak een foto. Een dame in witte jas stormt op me af en zegt dat het niet mag. Zo raar is dat, dit gebeurt me vaker in Hongarije. Op plekken die je zo graag zou willen delen wordt het plaatjes schieten verboden. Waarom? Moet iedereen zelf maar komen kijken, daar zit wat in, maar een beetje reclame kan toch geen kwaad dacht ik. Ik bestel een espresso en een kifli, de beigli’s worden alleen heel verkocht. En het is de lekkerste kifli die ik ooit heb gegeten en misschien komt het wel omdat hij nog een beetje warm is en zo vers ruikt en smaakt dat hij waarschijnlijk nog niet zo lang uit de oven is. Uiteraard maak ik stiekem een foto van het halve maantje.
Daubner, mooie zaak en dito spulletjes, maar qua uitstraling en vriendelijkheid gaat er wat mij betreft nog niets boven Auguszt.
Het Kolossytérbuurtje heeft iets weg van een groot dorp, omgeven door de opgerukte hoogbouw van de nieuwe stad. Kleine winkeltjes, mooie pandjes met stucwerk en rijke versieringen. Afwisselend luxe, bont en leer, en gewoon, een drogist, een groente- en fruitkraam en uiteraard ook hier eettentjes, koffiehuizen en de rails van lijn 17. Tegenover de kerk zie ik een heel oud pand, als het ware 3 huisjes aan elkaar, net gerestaureerd. Het ziet er door de lampen binnen uitnodigend uit. Het blijkt een kookschool/workshop/studio te zijn, annex kookboekenwinkel, in alle talen. Professioneel ziet het er uit, de fornuizen, de pannen en het geurt heerlijk naar iets met tomaat. Helaas, alleen de beweging van mijn hand naar mijn camera wordt al opgemerkt en verboden. Onvermurwbaar.
Ik stap weer op mijn tram en loop binnen bij de Fressnapf, waar ik een mooi Kutyaház heb gezien voor Daksi. Op de terugweg ontmoet ik een mooie oude dame bij de halte, gekleed in donkerblauw loden jas, een bijpassende hoed en laarzen en een vriendelijk gezicht. We maken een praatje. Ze vraagt of ik een tafel heb gekocht en wijst op mijn grote pakket. Ik leg uit wat het is en we kletsen wat verder. Over dat het koud is bij de halte, zo onbeschut. Over Nederland. Over honden, op het platteland en in de stad. Als de tram komt, wensen we elkaar een mooie Kerst toe en een heel gelukkig en gezond Nieuwjaar. Ik maak graag praatjes in de stad. Ik kan genieten van de betrekkelijke anonimiteit en ik weet tenminste zeker dat niemand hier zal vragen hoe duur het kutyaház was, zal zeggen dat het onzin is om een kutyaház te kopen omdat de honden buiten moeten zijn en ook weet ik zeker dat ik de volgende dag niemand zal tegenkomen die via de tam tam zal hebben gehoord dat ik een kutyaház heb gekocht……Ik ben soms stadser dan ik ooit heb vermoed. Ik heb geen geheimen, maar dat iedereen alles zou moeten weten van elkaar…….
Hartstikke tevreden over vandaag stap ik uit en breng het kutyaház naar mijn kamer om vervolgens de stad weer in te gaan. Voor mij stapt een andere dame uit, in haar hand een Daubner tasje met zes(6!) beigli's.
Zoals meestal in Budapest waren er ook deze keer weer tentoonstellingen waar ik belangstelling voor had. Behalve het landbouwmuseum, de Bethlehems en de paprika nap, was er in het Nationaal Museum, aan de Museum Körut, een Szechenyi tentoonstelling. Szechenyi wordt wel de Hongaar aller Hongaren genoemd, de zogenaamde Opper Hongaar vanwege al zijn verdiensten voor het land. In elke stad of groter dorp is wel een Szechenyitér of ut.
Szechenyi was militair, architect, dichter, staatsman en hij was er bijvoorbeeld verantwoordelijk voor dat Buda werd verenigd met Pest door de prachtige Lánchhid, Kettingbrug. De expo was mooi, afwisselend over zijn privé en zijn zakelijke leven, die eigenlijk voordurend door elkaar heen liepen. Zoals ook bijna altijd was de tentoonstelling mooi verzorgd, zelfs met gebruik van de moderne middelen. Ik stuurde P en mijn zus een mail vanuit de expo, waarin zij een document ontvingen dat ze aandeelhouder van de Kettingbrug waren geworden.....Geen foto's helaas, mocht niet, en bovendien was de expo nogal apart uitgelicht, de vitrines mooi en de rest donker.
Het gebouw alleen al is de moeite waard. De imposante hekken en poorten, de entree met de trappen, de galerij met de zuilen, en uiteraard een tramhalte vlakbij.
Over het algemeen zijn de musea ook vriendelijk, blij dat je komt. Maar, af en toe, lijken er overblijfselen uit de Oude Tijd aanwezig. Daar zijn musea natuurlijk ook voor. Opdat men niet vergeet hoe het was.....
Bij de balie zat zo'n overblijfsel. Een vrouw, jong van leeftijd maar oud in gebruik. Het gezicht op afweer, de haren lang geleden gewassen. Ze vroeg wat ik moest. In mijn beste Hongaars zei ik dat ik de expositie over Szechenyi wilde bezoeken. Ze keek minachtend en vroeg "alleen Szechenyi?" Toen ik dat bevestigde werd ik blijkbaar in een laatje ongeschikt geschoven want de vriendelijkheid die er toch al niet was werd vervangen door pure lamlendige stuursheid.
Ik weet niet meer wat het kostte, in ieder geval minder dan 2000 Forint want zo'n briefje gaf ik en ik zou nog wat terugkrijgen. Met afgekloven vingers streek ze over het briefje, keek me vurig aan toen ze zei dat het nem jó was. Een priemende wijsvinger wees op een miniscuul scheurtje, net op de vouw, ik schat zo'n 3 milimeter. Nog een keer, nem jó, ander briefje...
Ze maakte het slechtste in mij wakker en net zo vurig en bitchig zei ik, is toch ook geld?! Als blikken konden doden, waren wij beiden ter plekke overleden. Ze zei niets maar bleef priemen met haar vinger op het scheurtje. Ik overwoog of ik Szechenyi zou laten voor wat hij was, en ik broedde op een lelijke zin voor de vrouw. Uiteindelijk won mijn wijsheid, ik pakte het briefje terug, pakte een andere 2000 Forint en gaf het. Na wat controles werd het goed bevonden en mocht ik naar binnen, in de richting van haar uitgestrekte rechterarm, zonder woorden.
Omdat het een mooie expo was, was het snel vergeten. Een uurtje later dronk ik een Glühwein in het Kávéház Museum en kon ik alsnog mijn gescheurde briefje kwijt.
De laatste dag van mijn verblijf sneeuwde en regende het afwisselend, misschien om het vertrek van de stad iets makkelijker te maken. In het Millenaris stond een expo, een jubileum expo over 40 jaar Barbie en 40 jaar Lego. Met beiden heb ik niet gespeeld, Barbie is meer voor meisje meisjes en aangezien ik er niet zo eentje ben, liet ik Barbies links liggen en ging ik voor auto's, beren, honden en blokken. Lego is prachtig maar was ook in mijn jeugd al erg duur.
De expo dus, want interessant leken me de geschiedenissen wel. Om 10 uur stond ik voor het pand, stipt op tijd voor de opening. De deur was nog dicht. Met mijn handen maakte ik een kijker en loerde naar binnen. Toch wel bedrijvigheid. Maar de deur was dicht, ook om 10.05 nog. Er naderde een jonge man, hij liep doelbewust naar de uitgang deur, trok hem open en liep naar binnen. Een goede oplossing, dat ik daar niet aan had gedacht. Ik volgde zijn voorbeeld, liep naar binnen en al snel werd mijn weg versperd door 2 mannen van de bewaking, wel aardige trouwens. Ze vroegen of ze konden helpen en ik zei wat ik kwam doen. Ze verwezen me naar buiten en naar de ingangdeur en ik liet me sturen. En weer stond ik in de sneeuw. De stemming was aan het dalen evenals de temperatuur. Ik bonkte maar eens op het glas en een oude bewaker opende en vroeg waarmee hij me kon helpen. Weer deed ik mijn verhaal over Barbie en Lego. De bewaker keek begripvol, verontschuldigde zich en vertelde dat de mensen van de kassa's nog niet zo ver waren, en dat ik buiten moest wachten.
Kassa's en mensen. Ik moest terugdenken aan de vettige vrouw van het Nationaal Museum en inwendig was het kookpunt al bijna bereikt. Om toch maar iets zinnigs te doen, las ik de posters op de deur. Veertig jaar Barbie en Lego, 2500 Forint. 2500 FORINT??!!!! Bijna een tientje, voor die K.T Barbie, met haar arrogante kop, en die achterlijk lange benen.
Abrupt draaide ik me om. Liet dat Millenaris voor wat het was, boorde ze mooi een tientje door de neus en ging 250 meter verderop bij Auguszt heerlijk opwarmen en opdrogen met een espresso en een prachtige flodni, voor minder dan de helft!
Wat heerlijk dat het al zo lang geen Oude Tijd meer is en dat dit echte uitzonderingen zijn. En op zich hebben deze incidentjes zin. Vriendelijkheid, kost zo weinig en is zo veel waard.
Het verslag van mijn december week Budapest nadert zijn eind, ongelooflijk zo veel als er te vertellen valt, en dan is er natuurlijk nog het een en ander weg gelaten.
In Buda had ik nog 2 kleine ontdekkingen, ze stonden al even op mijn lijst en nu zijn ze “gedaan”. Vanuit mijn hotel elk een andere kant op maar omdat in Budapest het nooit echt ver weg is, heel makkelijk te doen en te combineren.
Onze eigen Pastorie heet zoals bekend mag worden verondersteld Szent Imre. In Buda staat ook een Szent Imre kerk met pastorie en die wilde ik eens zien. Gewoon tram 18 naar Moricz Zsigmond tér, een stukje lopen of nog 2 haltes met een andere tram, ik geloof dat het 61 was, aan de overkant van het plein en dan ben je er al. Een kerk waar de onze wel 15 x in past, statig, niet 1 maar liefst 2 hoge torens, een joekel van een pastorie waar hele pater ordes in zouden passen en tegenwoordig bevolkt door jongeren die er het Gymnasium bezoeken. Helaas was de kerk dicht, net als die van ons eigenlijk, behalve op zondag en op schoonmaakdag, maar van buiten was het al zo mooi dat je de voorstelling van binnen wel kon maken.
Tegenover de kerk, zo midden in de stad dus, ligt een meertje. Een kleine oase, een romantisch plekje waar in de zomer picknicks plaats vinden, bootjes met roeispanen, uiteraard een terras en wuivende pluimen van het riet. Er zou deze periode een Kerstmarktje staan maar vermoedelijk was die weggewaaid, want ijzig koud was het er wel. Een plek om nog eens terug te gaan in de zomer.
Een heel ander buurtje, het begin van de schitterende villa wijk die zich over de Buda heuvels uitstrekt. Ook makkelijk met tram of bus of een kwartiertje lopen vanaf Déli PU(station). Ik had er over gelezen op de eet/drink site chew.hu. Villa Bagatelle. Een prachtig gerestaureerde villa, groot en machtig gelegen op een hoek met binnen een uniek concept. De eigenaars zijn Hongaars/Duits en dat merk je. Ik sprak met de eigenares, een jonge Hongaarse, getrouwd met een man uit Aken. Meertalig en dat was handig.
Helemaal beneden is een bakkerij gevestigd. Mooie broden, Hongaarse en Duitse en allemaal even aantrekkelijk om te zien. Wederom zo’n winkeltje waar je lang wilt kijken voordat je tot koop overgaat. Op de 1e verdieping zit een koffiehuis, maar behalve koffie kun je er ontbijten, lunchen, tea-en, met uiteraard van allerlei lekkers erbij. En ook nog eens allemaal biologisch. En ook nog eens leuk en sfeervol ingericht. En ook nog eens voor een prijs die dan wel veel hoger ligt dan in ons dorpje en omstreken maar voor de Hoofdstad alleszins redelijk en bovendien, iets dergelijks is in ons dorpje en omstreken nou eenmaal niet te vinden.
Ik bestelde een espresso en een Deens Luxe en keek genietend om me heen, ondertussen bladerend in het boekje dat op tafel lag. Ik bekeek mijn medegasten. Oud en jong, man en vrouw, late ontbijters en vroege koffiedrinkers zoals ik door elkaar. Schuin voor mij zaten 2 dames, een dertiger en een eind veertiger. Ik luisterde mee, en het was interessant genoeg om mijn oren te blijven spitsen. Leuke vrouwen waren het, wel netjes maar niet kakineus en ze spraken Engels, beiden met een accent. Later bleek de jongste een Zuid-Afrikaanse te zijn en de oudere afkomstig uit een Duitstalig land. Diplomatenvrouwen waren het en het lot had ze beiden in Budapest samen gebracht. Ze spraken over hoe snel de tijd vergaat en hoe jammer het was dat de oudere Budapest zou gaan verlaten voor de volgende Post. Over wanneer de vrachtwagen de spullen zou komen inladen en wanneer de 1e dag op de nieuwe standplaats zou zijn. Ik had best graag meer willen horen, had misschien nog wel aan hun tafeltje willen aanschuiven om hun ervaringen te horen van alle voorbije Posten, maar natuurlijk gingen ze op in elkaar en was er geen plek voor een Luistervink. Fantaserend over alle landen waar ik nog wel eens zou willen neerstrijken dronk ik mijn kopje leeg.
Nog een verdieping hoger is een winkeltje gevestigd met Home Design. Mooi spul, zou er zo een kamer mee kunnen inrichten. Duur spul ook, Ralph Lauren, Designers Guild, maar ook voldoende om gewoon, zonder aarzeling te kunnen kopen. Ik kocht 2 geborduurde hartjes voor P, voor in de Kerstboom en maakte een praatje met de eigenares. Ook al weer een echt leuk mens, enthousiast, ondernemend en gewoon heel aardig. En supertrots op de onderneming van haar en haar man. Met liefde vertelde ze over haar klanten, de expats rijk vertegenwoordigd in deze buurt, maar ook de groepjes oude dametjes die de villa zo mooi vonden en zo blij zijn dat hij is opgeknapt. Die eerst veel schroom hadden om de drempel over te stappen omdat het imago “duur” van de villa spat, en die zo verrast waren dat ze er ook een kopje thee met wat lekkers konden gebruiken. En die toch elke week een keer langskomen en puffend zelfs de trap naar Home Design beklimmen om te genieten van al dat moois en om zelfs heel soms wat te kopen.
Ik realiseer me dat het een moeilijke tijd is voor dit soort initiatieven, maar ik gun deze ondernemers een stralende toekomst. Volgende keer maar eens een ontbijtje denk ik.
Naar Nederland
Druk was het. Zo druk hadden we het al lang niet meer gezien. Voorzichtig manoeuvreerde P de auto, langs de bevroren sneeuwrollen op de witte straten. Het zout tekort dat we al kenden van de tv, kwam ons dubbel en dwars tegen. Voor ons reden fietsers, midden op straat op een smal spoor van asfalt met de schijn van veiligheid.
Op de rotonde, ééntje die we nog niet kenden, slipte een mini Toyota op zomerbandjes en wij wachtten een extra ronde. Langzaam naderden we het parkeerdeck en tot onze verrassing was de helling vrij van sneeuw en ijs. Ook hier was het druk, stervensdruk zouden wij het bijna noemen, ontwend als wij het gekrioel op een klein oppervlak zijn.
We schoven verder en zagen auto’s van verschillende nationaliteiten, veelal van het soort hoog en breed. We zagen een plekje en gleden er keurig in. Geconditioneerd van uit het verleden grepen we in vakjes, zakken, portemonnees naar munten, want het deck is duur, zeker als de tijd verstrijkt en we hadden de verwachting dat die zou verstrijken.
Met een kaartje voor een paar uur en nog een muntje voor een kar, daalden we met kloppend hart een verdieping en betraden we ons eerste doel. Bijna eerbiedig trotseerden we het tourniquet en spraken af om alle paden samen te nemen.
Echter, het duurde niet lang of we waaierden uit, pad na pad, hoekje om, keren, snel terug naar elkaar om opgewonden verslag te doen en voorstellen voor in de kar.
Een kleurenpalet als 20 regenbogen, vruchten uit alle werelddelen, groenten uit alle seizoenen, bekend en onbekend. De authentieke vorm voor de kenner of de grootverbruiker, maar ook de yuppenschaaltjes met doorzichtig folie, de single portie, de gezinssuggesties en voor elk vak een standaard met scheurbloks met recepten.
Op naar 30 meter verder. Zuivel. Van volvet tot 0%, in 1,5 literpak of tussendoortje. De échte Chocomel, oud vertrouwd, halfvol, light. Het échte verse sap, en niet alleen maar sinaasappel, alle variaties bijeen gebracht in een grote literfles. Onze onderkaken zakten, we hadden het door en corrigeerden, maar in al deze rijkdom was de kar nog leeg.
Vis, verantwoorde haring, zalmen, tonijn, rivierkreeft, coquilles, sushi, etcetc. We waren op de helft en pakten ons briefje. We zetten de kar strategisch neer en deelden de taak. Voorzichtig kwamen er pakken Optimel drink, Leffes Blond, de echte Chocomel, flessen met vers sap in alle kleuren. De mooie Lays met ribbels en paprika. Hete katjang pedis.
Ontbijtkoek, 45 cent. Haring, met uitjes.
We dreigden door te draven en besloten ferm naar de kassa te lopen. Van heel ver weg werd een blauw kaartje opgediept en daarmee werd het bedrag nog lager dan we in gedachten hadden. Stil van verwondering brachten we de buit naar de auto op het deck en checkten wij onze tijd op het getrokken parkeerkaartje.
Op naar het hoofddoel, ook onder het deck maar een paar puien verder. Bakken vol met Indonesisch eten, net vers gemaakt, sommigen nog dampend. Eigen huissambal, plastic zakjes met gewone en speciale kroepoek. Ervaring verloochent zich niet en zonder aarzelen kochten we in en ook deze schat brachten we naar boven.
Een waardig begin was dit. Een meer dan waardig begin van ons verrassingsbezoek aan NL. Inmiddels al weer bijna thuis, maar nog voldoende herinneringen voor enkele blogs.
Wij weten ons verwend. Waar we ook waren en met wie. Overal waren toespelingen op ons wonen "in den verre" zonder sommige dingen die het leven ook heel leuk maken. Er was mooi Hollands gebak, draadjesvlees, rookworst, fondue met prachtig vlees. Er was een garnalencocktail, heerlijk beleg door de slager zelf bereid, en er was afhaal, Chinees en uiteraard de Dobben en de Kwekkeboom. En dit zijn nog lang niet alle voorbeelden.....want uit eten gingen we ook, en de keus was overweldigend.
Maar wat we nog veel belangrijker vonden. Er was continuiteit. We gingen door waar we gestopt waren, in de mail, kort voor ons vertrek en we kletsten dus gewoon verder, alleen nu in levende lijve tegenover elkaar.
Druk was het wel want alle afspraken moesten nou eenmaal kort achter elkaar en ofschoon we alleen voor die continuiteit gingen, waren er veel afspraken.
En op sommige dagen kwam alles bij elkaar, de zee die we wel missen, het voortzetten van het continue goed lopende contact met vrienden, en dan ook nog eens de schatten van de zee erbij en onze eigen 3 schatten die welkom waren. Vrienden BAMI bijvoorbeeld met een superzeedag inclusief café aan de zeehaven en inclusief een heerlijk zeediner. En wat te denken van het prachtige bord met oesters, een feest, onverwacht en een voorteken van een schilderachtige avond met juwelen op het bord en in het glas.
Dank aan iedereen. Voor jullie continuiteit in vriendschap en liefde. En nu gaan we weer gewoon door met mailen, sms-en en dit weblog natuurlijk.
Weer thuis
Het is heerlijk om weer thuis te zijn. Ons huis past weer als een jas, de zakken nog wat koud, maar de hout- en de gaskachels doen goede diensten. Inmiddels is het leem al weer helemaal doorgewarmd en de leegte van de afgelopen weken vergeten. Hoe snel de warme badkamers in NL ook wenden, zo snel went onze koude tegelvloer. Met lekkere handdoeken, de dikke trui paraat en niet te lang teuten is het alleszins prima.
Geen gelukkiger hond dan Coco op het moment. De weken vielen hem zwaar, hij werd ouder in gezicht en gewricht en de ogen keken tranend en vragend naar het waarom van deze expeditie. En nu bepaalt hij zelf weer wanneer hij slaapt of waakt, buiten of binnen. Wanneer, hoe lang en tegen wat of wie hij blaft, wanneer, hoe vaak en waar hij wat neerlegt in de struikjes van de boventuin.....het tranen is voorbij, de oogjes zijn rustig en hopelijk komt ook zijn hele wezen weer tot bedaren. Flicka en Daksi vonden alles best en zijn ook hier weer zo gelukkig als altijd. En kwamen de nachtelijke uitstapjes van Flicka in NL niet voor, hier lijken ze alweer standaard te worden, zo slim dat ze weten dat het hier kan en daar niet mogelijk was......
De hoofden zijn alweer kort Hongaars gekapt en de nieuwtjes doorgenomen. En blijkbaar waren we al weer zo gewend aan de vredige rust hier....toen we terug kwamen zagen we dat we het slaapkamerraam open hadden laten staan. Niks gebeurd natuurlijk. Maandag meldden we ons bij M en M, voor het bijpraten, een late Nieuwjaars wens en voor het dorpsnieuws dat er niet was. We bespraken de berichten uit de krant dat de bisschop van Pécs uit zijn ambt is ontheven vanwege fraudegevalletjes en M noemde ook dat hij Homo zou zijn en fouten had gemaakt met sex, maar dat laatste hebben wij niet in de kranten gezien. In NL bleef het nieuws beperkt tot de financiele misdrijven.
P is bezig met zijn tournee door de rest van het dorp en ik ging vanmorgen maar weer eens boodschappen doen. We aten een paar dagen uit de diepvries, maar ook dat is eindig en onvoldoende. Ik had me al voorbereid op weinig verleidingen, maar goed ook, want na terugkeer liet de weegschaal een zeer ernstig beeld zien. En uiteraard niet verrassend want die dingen weet je en voel je zelf ook wel.
Ik had een lijst waaraan ik strak de hand ging houden. Eerst de bakker, dat is altijd een plezier en nu nog meer omdat we het brood in H lekkerder vinden dan in NL. Het meisje dat me vaker helpt vroeg of ik de lekkere fánk, speciaal voor het aanstaande Carnaval niet wilde proeven. Gelukkig heb ik niks met Carnaval en zagen de fánk er ook niet zo verleidelijk uit dat ik voor de bijl ging. Teruglopend naar het parkeerterrein waar altijd plaats is en waar het niks kost, genoot ik van het bekende in Bonyhád, de mensen dik ingepakt met mutsen en shawls en gelukkig, de oude meneer met het bruine hondje was er ook nog en knikte me toe.
De supermarkt. Ook voldoende plaats voor de auto en net zo gratis als in het dorp. Langzaam liep ik straatje voor straatje, heel diep in mijn hart toch een beetje hopend op een verrassing.
Dat was even slikken. Het viel niet mee. De groenten- en fruit afdeling leken gestript. Een aantal meter stellingen was verdwenen waardoor er een lege ruimte was ontstaan en naar later bleek was verplaatst naar electronica met veel meer LCD schermen dan anders.
Ik zag kool, rode kool, groene kool, witte kool. Ik zag kool in het zuur, ook in rood, wit en groen. Ik zag chinese kool. En warempel, ik zag wortels uit NL, mooi oranje en gebroken wit, veel wortels, bakken vol en daarnaast weer kool. Kool zover ik kon kijken.
Opluchting maakte zich van mij meester, ik zag mandarijntjes, hete verse paprika's, mooie appels. De tomaten liet ik voor wat ze waren want ze waren niet Hongaars, maar de champignons landden in mijn kar. De situatie vis ken ik dus daarover geen tegenvaller te melden. Het is zoals het is.
Een beetje afkicken van de rijkdom in keuze. En gisteren aten we al kool, de zure versie, dus vanavond een beetje vers en een beetje uit de diepvries en een beetje uit de Budapester markt. Hete Thaise Curry met Hongaarse pepers.
De plaats B.
Deze week hoorde ik op het NL journaal dat men overweegt om de Nep Politie, de stadswachten, ordebewakers of hoe ze ook worden genoemd, extra bevoegheden te geven, zoals een wapenstok of andere administratieve rechten. Dit lijkt mij geen goed idee.
Toen ik het hoorde moest ik opeens denken aan een gebeurtenis heel kort geleden in NL. Een groot deel van ons bezoek aan NL verbleven we op de Bible Belt, goed centraal in het land, vrienden en familie nooit ver weg. Op een middag waren we in het mooie plaatsje B, midden op de Belt, op de grens van bos, hei en weilanden. Ik hou wel van B, al jaren, het is er sfeervol en de winkels zijn bijna zonder uitzondering prachtig. We hadden net een lekkere lunch achter de rug van oerbrood met 2 Kwekkebomen én ambachtelijke mosterd. In een leuk tentje ook, mede gerund door jongens en meisjes met een verstandelijke beperking. En goed gerund ook, vriendelijk en terzake kundig werden we bediend door een meisje dat kon schrijven afgewisseld door een jongen die er meer moeite mee had, maar daarom een bord bij zich droeg met de menukaart er op zodat je kon aankruisen. Een gastheer pur sang.
P zag het aan met genoegen en wilde nog even blijven zitten en ik trok de straten weer in, genietend en kijkend naar koopjes. Ik wist mij deel van een kleine minderheid, tussen alle rokken in een spijkerbroek, tussen de knotten en staarten met een losse korte kop én met een veel bruinere teint op mijn gezicht dan gemiddeld. Ik passeerde een steegje en zag 2 mannen in uniform schichtig staan, met een pen en opschrijfboekje stevig in de hand. Tegenover de steeg, bij een lampenwinkel stond een 3e achter een pilaar. Ik vroeg me even af wat ze stonden te doen en al snel had ik het door.
Loeren. Ze stonden te loeren. Loeren op fietsers die niet zouden afstappen, maar zouden koersen door het wandelende publiek. Het uniform moest de mannen autoriteit geven maar dat was niet zo goed gelukt. Haarfijn voelden ze aan dat ze behalve het opschrijfboekje ook niet zo veel meer hadden dan de voorbijgangers. Voor mij liep een ouder echtpaar, ook deel van de kleine minderheid. De mevrouw droeg een zwarte pantalon van mooie stof, een kort jasje er op en hip geknipt grijs haar.
Dertig meter voor ons, opeens 2 jongens op de fiets en de vaart liet raden dat ze niet zouden afstappen. De Pantalon maakte maaibewegingen met haar rechterarm, siste "Politie Politie" tussen haar tanden en de jongens stapten af en liepen braaf met de fiets aan de hand verder. Rechts stonden 2 lange Rokken op leeftijd, ze riepen naar de Pantalon: "mag eigenlijk niet he!" De Pantalon antwoordde "ach die jongens, is zo zonde van hun zakgeld." De Rokken zwegen en keken afkeurend. De Pantalon had er blosjes van gekregen en keek ongemakkelijk achterom. Ze zag me en ze zag mijn broek en we wisselden een blik van verstandhouding.
In de verte 2 grote groepen fietsers, heel veel leuke vlotte rokjes, dat moet gezegd, en veel jongensspijkerbroeken. De Pantalon en ik verdeelden ons, maakten simultaan de maaibeweging en sisten "Politie, Politie, afstappen!" De missie lukte, ruim voor het zicht van de uniformen werd er afgestapt. Dankbaar keken een paar jongens achterom en riepen "Dank u wel mevrouw". Ik realiseerde me dat ik Politie had geroepen terwijl die uniformen er niks mee van doen hadden, maar het doel heiligde de middelen. En ik vroeg me af of de jongens wel hadden gezien dat ze gered waren door een zondige minderheid.
Wel tevreden over mijn daad liep ik terug richting P. De pilaar stond alleen en de steeg was leeg. De uniformen waren afgedropen, hun opschrijfboekje maagdelijk leeg. Waarschijnlijk teleurgesteld over het niet halen van hun dag quotum op zoek naar een nieuwe hinderlaag.
Laat maar zitten die extra bevoegdheden.
Hippi
De telefoon ging. Een beetje gedempt vanuit mijn tas, maar luid en duidelijk kwam de ringtone binnen. Eigenlijk wel een mooie tijd, half 10, op zondagmorgen.
Soms weet je, dat als de telefoon gaat, je hem eigenlijk niet wilt opnemen. Het bericht dat je vreest wil je niet horen, je vermoedt een beller aan de andere kant die er net zo bij zit en het telefoontje eigenlijk ook niet wil plegen.
De toon was niet anders dan anders en waarom dan toch dat naderende gevoel van onheil? Misschien omdat je al een beetje in afwachting was van dit bericht, dat je wist dat het er aan zat te komen en dat je jezelf had wijs gemaakt dat het ook nog tijden kon wegblijven.
Ik nam op, op dezelfde manier als altijd, maar ik hoorde in het noemen van mijn eigen naam al een vraag besloten.
Mijn zus. En het onheil was daar. Haar oudste, maar niet oude hondje Hippi is er niet meer. Het telefoontje duurde niet lang, bijna 7 minuten, maar dat was lang genoeg om te horen, ruiken en te proeven hoe groot verdriet kan zijn. Lieve, mooie, slimme, ondeugende, gastvrije, vrolijke Hippi.
Als ik neerleg jank ik nog door en vertel het P. Na een uur wachten bel ik mijn moeder want die heeft natuurlijk hetzelfde telefoontje ontvangen, op zaterdagavond laat, net nadat de dierenarts het uiteindelijke oordeel had moeten vellen.
P vindt het wel apart dat we elkaar verder de hele dag niet meer bellen, en de dag erna ook niet. Wij weten het van elkaar. Voor ons zijn er even geen woorden die zin hebben. Er bestaan namelijk geen woorden die mooi kunnen omschrijven wat niet mooi is. Woorden trekken niet recht wat krom is en verlenen geen rechtvaardigheid aan de dood van Hippi.
We mailen wel. Onophoudelijk. We duikelen foto's op, van verjaardagen met hondentaarten. Van nieuwe hondenkussens en hondenspeeltjes. Van honden op vakantie, met Kerst en Sinterklaas, vrolijke honden, springlevend en geen pixel die voorspelt wat zal gaan komen.
We mailen over het graf, de plaats, de bloemen die er op komen en de lichtjes en we mailen over de anderen die dit lot al eerder leerden kennen.
En natuurlijk gaan we ook weer bellen, heel snel bellen. Als we denken dat we weer kunnen praten zonder dat we janken. En over het sterven zullen we het dan niet lang meer hebben, wel over het leven van Hippi, alle mooie herinneringen van de afgelopen jaren, al de lol die ze ons heeft gegeven en over haar lieve hartje, dat groots was voor ons allemaal, maar uiteindelijk moest capituleren.
Valentijn
Zaterdagavond waren wij bij een Valentijndiner. De étterem in Bataapati blijft gelukkig actief met het organiseren van speciale avondjes. We hadden veel volk verwacht.....we hebben het idee dat Valentijn hier wat meer leeft dan we in NL gewend waren. De winkels liggen vol, de krantjes zijn rood en roze gekleurd en zelfs M haalt chocola en plukt bloemen voor M.
Helaas niets was minder waar. Slechts 14 koppen telde de eetzaal en er kon worden volstaan met 1 dame in de bediening. En toch, men had zijn best gedaan, of eigenlijk haar best want dit tentje wordt volledig gerund door dames. Er stonden roosjes op tafel, nieuwe kaarsenstandaards met er om heen nep diamanten gedrapeerd. En om te beginnen kregen we een lekker glas Peszgö.
De dame stond al in de aanslag om het voorgerecht te brengen maar we vroegen om pauze en dronken eerst op ons gemakje het glaasje bubbels leeg, al geleerd van de ervaring dat je groot risico loopt met een knap uurtje weer buiten te staan.
Uiteindelijk waren we om kwart over acht weer thuis, ook wel vroeg voor een zaterdagavond en een Valentijn diner.....na het voorgerecht, een salade met garnaaltjes voor mij en met kip voor P, zetten de keuken en de bediening er de sokken in. De grote schaal met veel kip, rijst en aardappel volgde ras en het toetje nog sneller daarna. Om nog een beetje te teuten nam ik een koffie, maar toen was het ook echt klaar.
En was het nou lekker? Heel eerlijk gezegd ook niet zo. En toch zaten we er vanmiddag al weer te lunchen. We moesten er vandaag toch in de buurt zijn om wijn te kopen, het was lunchtijd en als je van de kaart bestelt is het lekkerder. En bovendien, zo rijk is de keuze hier niet in de buurt, dit blijft een aardige plek, zomers een geweldig terras, een supervriendelijke eigenares Eszther die op haar manier goed aan de weg timmert. En dat moet worden beloond!
En vandaag was het tenslotte pas echt Valentijn.
Pécs
Sinds lang waren we weer eens in Pécs. Na een maandje platteland hadden we er echt zin in. Het weer zat tegen, het miezerde en we vreesden al voor de terrasjes.
We zetten de auto boven de Arkád, ideaal, geen gezoek naar muntjes en geen terug geloop naar een parkeermeter.
De Arkád zelf heeft niet de voorkeur dus al snel liepen we de stad in. Er was iets. Eerst zeiden we niks tegen elkaar om de stemming niet te bederven. Winkelruit na winkelruit was dichtgeplakt met ondoorzichtig wit papier. De borden met eládo en kiádo vlogen ons om de oren. De winkels en eterettes die open waren leken dicht want de lichten waren uit, of zeer gedempt, ofwel waren de ruiten zo vies of beslagen dat wij het licht pas zagen toen we met de neuzen tegen de gevel gedrukt stonden.
We bekeken een expositie in Nádor en net als op straat kon je hier ook een kanon afschieten. We lunchten en dat was beroerd, we dronken ergens anders heerlijke koffie en kregen alle aandacht want verder was er niemand.
We waren een beetje verbaasd om te merken dat we beiden richting Arkád liepen, een mooi stokbrood kochten en snel de auto pakten om naar huis te gaan.
Thuis ging de kachel snel op hoog en zaten we heerlijk op de bank.
Misschien lag het aan ons. Misschien aan het weer. Misschien aan het buiten seizoen. Maar Pécs was het niet gisteren. We gaan snel voor een volgende poging!
On y va!
On y va! Het is de titel van een boek dat ik lang bij me heb gedragen. Het boek waaruit ik de beginselen van de Franse taal leerde, verdeeld in een lees- en in een werkboek met oefeningetjes. Ik vond het een prima boek, veel plaatjes, veel variatie en ik had lol in Frans.
On y va. Het rolt zo makkelijk uit je mond, net alsof je al volleerd Fransoos bent en de taal geen geheimen voor je heeft. On y va, zo'n lekker kort zinnetje dat je ook gewoon in Nederland kunt gebruiken, bijna net zo iets als menjünk in het Hongaars......
Ik heb er lange tijd niet meer aan gedacht. Tot gisteren. Gisteren waren we in Pécs met goede vrienden. Twee van hen hebben besloten om na 4 jaar Hongarije verder te trekken naar Frankrijk. On y va dus.
Jammer want Frankrijk is ver weg, maar voor de rest vind ik het leuk, gaaf en ik bewonder de stap. Gewoon weer opnieuw beginnen in een ander land en de eigen dromen achterna gaan, ongeacht wat anderen vinden, risico's op het nieuwe pad, onzekerheden, mee- en tegenvallers.
Ik keek op Internet naar hun nieuwe woonplaats en ik orienteerde me op wat er te doen was. Tot mijn plezier maar ook tot mijn confrontatie kon ik met mijn 6 jaar On y va Frans bijna alles moeiteloos lezen en kan ik dat van het Hongaars helaas nog lang niet zeggen.
On y va. Eerlijk gezegd is het wel een beetje mijn motto. Laten we gaan, we gaan, gaan met de banaan, laten we het doen, we gaan er voor. Afhankelijk van hoeveel vrijheid je jezelf gunt bij de vertaling......
Ik schreef het al in eerdere blogs, al mijn hele leven lang droom ik regelmatig weg naar andere landen en reis ik in mijn hoofd en hart. En in elk land waar P en ik tot nu toe waren zouden we kunnen wonen.
Van een nieuw On y va is geen sprake, maar wie kan er nou in de toekomst kijken?
Internet
Het begon al jaren geleden en jaren geleden hadden we het misschien iets minder door dan nu. Alles ligt op straat, ons leven, onze gebruiken en gewoonten, ons verleden, onze toekomstwensen. Kortom alles.
Ik kan erg genieten van mijn privacy, ik kan zwijgen als het graf en ik zal niet meer delen dan ik wil. En toch, ook mijn leven ligt op straat en ik heb er zelf aan mee gedaan, doe ik nog, en ik vind het niet eens erg.
Wat te denken van de AH bonuscard en de airmiles. Het was toch heerlijk om nooit meer mailings te krijgen over Pampers en Liga, over grootverpakkingen macaroni, winterpeen en speklappen? Nee, dan de mailings over de snel klaar en gezond maaltijden voor 2, de Azie afdeling en de omfietswijnen. Ik wist wel waar deze mailings opeens vandaan kwamen maar vond het prima.
De telefoontjes 's avonds over de hypotheken, de pensioenen en de kunstof raamkozijnen waren minder, maar daar hebben we hier geen last meer van.
En dan de social media. Linkedin al jaren bekend en gewaardeerd. En er komt steeds meer bij. Niet voor niks is er net een film uit over de opkomst van de social networks. Niet voor niks wordt het duidelijk wat de rol is van deze media in de opstand in de Noordafrikaanse landen. En niet voor niks weten Twitteraars vaak sneller meer dan anderen.
Ik was ambivalent. Ik wilde niet zo veel delen, maar lezen wilde ik dan wel weer. Uiteindelijk doe ik mee, toch dus. En naar genoegen ook nog. Facebook bracht mij op het spoor van een nieuwe lerares Hongaars. Ik vond het jammer om geen les meer te hebben, ik zocht al een tijdje en nu dus met succes. De eerste les is gepland en hopelijk volgen er vele. Hetzelfde Facebook liet mij weten dat er op een dik half uur afstand van ons een serie lezingen over H wordt gegeven, nota bene in het Duits en nog gratis ook. Gisteravond was de eerste, voor ons dan, want de serie loopt al even, maar toen Facebookte ik nog niet.....
Hyves en Twitter hebben mij nog niet overtuigd. Ik volg af en toe en lees af en toe een krabbel, meer niet.
En dan is er nog zo veel dat Grote Onbekenden van mij weten. Het feit dat ik opeens banners op mijn scherm krijg van Afrika en Spanje. Van een nieuw kookboek met hete pepers, van een stichting voor de hulp aan zielige honden, van de snelle Google Browser.
Ik vind het best, deze inkijk in mijn leven bezwaart me niet. Ik support een mooi bestaan van hele legers marketeers. En ik doe het met open ogen en beide benen. Bijna zou ik wensen dat het hier op het H platteland ook al ietsjes verder was.....die vreselijke Vianni krantjes met wasverzachter kan ik missen, evenals de Kiloknallers van de Tesco.
Gisteren waren we vanwege onderhoud in het dorp een dagje INTERNET - loos. Zou ik nou daarom die banners van de nieuwste Blackberry hebben gekregen.......
Naspolya
Gisteravond waren we opnieuw in de étterem Naspolya in Bataapati. Eszter had weer een leuk programma gemaakt en inmiddels kan ze al haar klanten en relaties daar via een aantrekkelijke uitnodiging in de mail van op de hoogte brengen. Hartstikke praktisch en voor de standaarden van hier commercieel!
Deze keer was het een wilddiner en op de mail stond het uitnodigende menu alvast vermeld.
Vorige keer dat we er waren meldde Eszter al trots dat ze 30 aanmeldingen had en dat was al een succes. We reden er naartoe, hart vol verwachting. We stuurden de donkere parkeerplaats op, met op de achtergrond de lichten van een drukke keuken.
Vol. Helemaal vol met auto's, alleen Hongaarse kentekens. Half op het pad vonden wij nog een plekje, via de hal die volstond met gebruikers van aperitieven inclusief rokerij gingen we de zaal binnen. We werden naar ons vaste plekje gewezen, tafel met een roos er op, glitters op het tafellaken en een mooi getypt kaartje met mijn naam en de informatie dat het een tafeltje voor 2 zou zijn. Midden op tafel een groot waxinelicht met in transparant papier het menu eromheen gedrapeerd.
Eszter begroette ons, glimmend van trots en blij met onze komst. We zeiden dat het zo mooi druk was en ze vertelde met stralende ogen dat er 77, zevenenzeventig gasten waren aangemeld. Lang geleden dat we het zo druk meemaakten in een restaurant hier in de buurt.
De avond begon met een welkomspalinka van abrikozen. Muziek was niet nodig want de avond was zo al geanimeerd genoeg. Families, stellen, vriendengroepen, van alles door elkaar en wat we al van Eszter hadden gehoord, ook veel blijven slapers, want slim als ze is, geeft ze in haar nieuwsbrief wat extra suggesties om er een mooi weekend van te maken.
Voorgerecht was wildpaté op toast, met rauwe rode ui. Erg lekker. Gevolgd door een wildragusoep, die gastvrij als altijd, hier in terrines wordt opgediend in plaats van in een zuinig bordje. Heerlijk, en wat we anders nooit doen.....we namen zelfs twee keer. Het hoofdgerecht werd gevormd door hertenvlees gevuld met ganzenlever en wild zwijn met een saus van bospaddestoelen. Ook heerlijk en we kwamen al aardig voor de poort....De keuken is namelijk degelijk, het smaakt goed, maar behoorlijk machtig is het wel. En als laatste, zo ongeveer het zwaarste H toetje dat ik ken, op deze avond heette het "Wildzwijnzoetigheid zoals Zsolti het lekker vindt." Een kastanjepuree op in cognac gedrenkte lange vingers met in cognac gedrenkte kersen er boven op.
En de koffie is hier erg lekker en komt in een leuk kopje. Een mooie afsluiting van een gezellige avond. Het parkeerterrein was nog steeds vol want slapers kunnen blijven en via de donkere wegen met veel oplichtende oogjes in de berm reden we naar huis. CFD keken verwachtingsvol of er servetjes met vleesjes tevoorschijn zouden komen, maar deze keer stonden we met lege handen.....
Weer
Het is mooi weer. Al een paar dagen worden we gewekt door zonlicht dat over de berg van onze boventuin heen piept en de benedentuin, inclusief onze badkamer en slaapkamerramen in de glinstering zet.
Het is een genoegen om op de wc te zitten en naar buiten te kijken, naar de vogels, naar de takken die al uitlopen, naar de restjes sneeuw die nu echt hun langste tijd hebben gehad. Ik had nooit kunnen denken dat ik nog eens een wc met view zou hebben. Een view die wel naar buiten gaat maar niet naar binnen omdat daar niemand is die naar binnen kan loeren, behalve misschien een buurkat en heel soms een vos, maar dat is alleen maar leuk en dan zwaai ik, kom een beetje omhoog om hem grijnzend na te kijken.
Misschien een buitenproportioneel groot raam voor een badkamer? Dat kan zo zijn, maar toen het raam er een dikke eeuw geleden ingemaakt werd, was er ook nog geen badkamer. De verhalen uit de overlevering vertellen ons dat dit kamertje, naast de keuken, het kamertje was van de huishoudster van de pastoor, er stond een bed en een stoel en er was het raam, met tralies, zoals bijna al onze ramen. Een ander verhaal vertelt ons dat de pastoor ooit ook in dat kamertje is aangetroffen, bij de huishoudster in een innige omhelzing, met instemming van beiden. Hier in het dorp is dat geen schande, een pastoor en een huishoudster zijn ook mensen en het geloof hier is niet zo strikt.
Het weer is zo mooi dat ik niet eens toekwam aan mijn weblog, ik zat in de zon en las, een boek, geen websites en weinig mail. Om mij heen is alles ontwaakt, tractoren met hout rijden af en aan. Er wordt gezaaid, omgeploegd, er worden hekken gezet of vervangen en er worden weer praatjes gemaakt bij de poort, bij de bushalte en naast het winkeltje van Irene waar de drank de hele dag vloeit.
Tavaszias
Het was een leuke week. Het was de week van mijn eerste H les sinds een dik jaar. En ik ben er blij mee. Na een gesprekje in het H en na 8 A-viertjes met oefeningen kwam mijn docente gelukkig tot dezelfde conclusie als ik. In huis- tuin- en keukentaal kan ik me aardig redden, maar voor een diepgaander gesprek ontbreken mij de woorden. Grammaticaal is het dan wel in orde, maar qua woordvolgorde wil ik het H nog wel eens Vernederlandsen. We hebben goede werkafspraken gemaakt en ik heb er alle vertrouwen in dat mijn docente en ik mijn H weer wat kunnen opvijzelen.
En niet alleen vanwege die les was het een leuke week. Twee dagen ervoor hadden we de 2e lezing in de serie waar ik laatst al over schreef. Mijn lerares H is degene die ook die lezingen verzorgt en dat doet ze goed, uitstekend voorbereid en ze omlijst haar verhaal met gedichten uit de H literatuur en H liederen. Afgelopen keer was De Revolutie van 15 maart 1848 aan de beurt, een feestdag hier in H. Een Revolutie die goed en vredig verliep en waarin veel hoop voor de toekomst school. Een Revolutie die uitmondde in een vrijheidsstrijd tegen de Habsburgers die helaas een aantal maanden later verloren werd na inmenging door de Russen.
Er is veel te doen op de 15e. Ik heb de websites net gelezen over de festiviteiten in Budapest. Er wordt groot uitgepakt, iedereen is vrij en er wordt gefeest. Hier in het dorp niet. Ik vraag me eerlijk gezegd af of iedereen weet waar de 15e voor staat. Hier is het gewoon een extra vrije dag, een dag die na een maandag valt zodat met 1 dagje extra het een heel lang weekend wordt, extra veel koken en bakken want er komt familie langs en bovendien zijn de winkels dicht.
Voor die lezers die zich afvragen wat de titel betekent. Tavaszias betekent lenteachtig, dus ik ga nu weer naar buiten.
(Voor alle informatie over de lezingen en over het leren van Hongaars kijk op de volgende site! Kom, als je in de buurt bent).
http://www.learnhungarian.eu/en/
Vandaag is het de 15e maart. De Nationale Feestdag in Hongarije waarop de Revolutie van 1848 wordt herdacht. Ik schreef het al, hier in het dorp zal de dag zo zijn als iedere vrije dag. Er is in grote hoeveelheden ingeslagen en gekookt voor de familie die langskomt en het werk buiten gaat gewoon door. Vanmorgen om 7 uur hoorden wij de zaaggeluiden uit het bos achter ons, net als op alle vrije en niet vrije dagen.
Voor ons betekent het ook niet dat wij een feest houden. Een dag buiten met mooi voorjaarsweer is al een soort feest en de festiviteiten in Budapest trekken wel, maar niet hard genoeg om er de rit voor te ondernemen en CFD de hele dag alleen te laten.
Wel draag ik de Hongaarse kokarde. We zijn nogal voorzichtig met het opspelden of anderszins uiten van de H driekleur. Er zijn groepen in deze samenleving die de vlag en de kokarde en alles dat riekt naar Nationaal Bewustzijn misbruiken voor hun eigen foute doelen. En uiteraard wensen wij met deze groepen niet geassocieerd te worden.
Over de kokarde heb ik dus inlichtingen ingewonnen. Bij Hongaren, buiten de eerdergenoemde groepen dus. Het antwoord was als volgt. Als je de kokarde alleen draagt op Nationale Feestdagen zoals de 15e maart, dan is het oké, niemand zal je in een fout hokje plaatsen. Je viert gewoon mee met een belangrijke dag voor de Hongaren. Integreer je een dergelijke driekleur echter in je kleding van alledag, of loop je al weken voor de 15e te pronken, dan geeft dat wel te denken.
P was deze week bij de Aldi en kreeg daar 2 kokardes en vanmorgen heb ik hem opgespeld. En vanavond zal ik hem weer terugstoppen in het cellofaan.
Het voorjaar heeft niet alleen mooie kanten. Het eerste rode plakaat op de binnenkant van mijn arm heb ik al te pakken. Een vliegend beest raakte verstrikt in de mouw van mijn blouse en prikte van zich af. En gisteren ontdekte ik de eerste teek op het pootje van Daksi.
Welkom Lente!
H les
Als eerste onderwerp op H les behandelen we "De Regering". Woorden als afgevaardigde, grondwet, macht, recht, president komen voorbij, evenals de verschillende partijen hier in H, het kiesstelsel en wat partijpunten van links en rechts. Nuttig vind ik het, zeer nuttig. Helaas is het nog niet voldoende om mij in staat te stellen om alles wat er aan politiek verschijnt in tekst te begrijpen.
Soms gaat het ook om zaken die niet te begrijpen zijn, zelfs niet in een vertaling in het Engels of Duits.
Er is dan ook gemor in Hongarije. Een klein deel er van bereikte het wereldnieuws toen het ging om aanpassing van de Mediawet en inperking van vrijheid. Maar er is meer, veel meer.
Op Facebook worden artikelen gedeeld. Over verrijking van huidige Parlamentsleden, over zeer ongelukkige uitspraken in het verleden, over vriendjespolitiek, over duistere delen in CV's, te veel om op te noemen.
Het morren lijkt nog niet die schaal te bereiken die alles zou kunnen omgooien of veranderen of op zijn minst een halt toeroepen. Hier in het dorp leeft het bijvoorbeeld niet. Dat de huidige leiders de thuisstook van Palinka hebben toegestaan leeft in de harten evenals het zéér lange zwangerschapsverlof van 3 jaar mét terugkeer garantie. Wat hier leeft is letterlijk en figuurlijk kilometers ver verwijderd van onze hoofdstad.
Zoals zo vaak, begint het morren in die stad en de voorspellingen zijn dat er een verdere uitbraak van gemor op handen is, omdat de ontwikkeling van Hongarije niet de kant op lijkt te gaan van een volwaardige en volwassen democratie.
Voor belangstellenden die het Hongaars ook niet of maar ten dele machtig zijn, verwijs ik graag naar drie andere weblogs, voor de broodnodige achtergronden.
http://www.kuifjeinhongurie.com/
http://esbalogh.typepad.com/
http://pusztaranger.wordpress.com/
In het Hongaars bestaat een geweldige truc. Je kunt naar believen een werkwoord maken van een zelfstandig naamwoord als je de actie gaat ondernemen. Een soort wonder. En meteen een schat aan mogelijkheden toen we deze truc leerden. Natuurlijk ken je het in het NL gedeeltelijk ook. Fiets en fietsen. Het Hongaars gaat verder.
Koffie wordt koffiën, wijn wijnen etcetc.
Gisteren gingen we weer eens boodschappen doen op de markt, "markten" dus gewoon in het Hongaars en dat was leuk. Nu het weer er weer naar is staan er meer kramen. Uiteraard de doorzetters met de kleding en het ondergoed, de particulieren met groenten en fruit, maar nu ook de gereedschappen, de boompjes, de kuikens en de rommelkramen. Die laatste heb ik het liefst. Een kleedje op de grond met inhoud van een oude kast van nagymama, met een oude koffer van een tante of natuurlijk eigen opruimwoede. Ook deze keer was er weer wat van mijn gading, een aardewerken pot om in te koken of, wat wij ermee doen, om spullen in te bewaren, zoals paprikapoeder of linzen. Vorig jaar kocht ik er net zo een, een grote, en nu heb ik de middenmaat erbij.
P sloeg zijn slag bij de boompjesman die helemaal uit het Oosten van H stamt. Ribesstruiken, 4 stuks. Bij een oude dame verderop 20 bramenstaakjes, die naar haar zeggen het zouden gaan doen en in augustus zouden leveren. Ook allemaal in het Hongaars, met horten en stoten, waarschijnlijk nogal foutvol, maar in ieder geval kwamen we in alle gevallen tot "markten".
Daarna koffiën op het terrasje van Anna waar slechts 2 tafeltjes stonden, blijkbaar had Anna nog niet gerekend op het mooie weer en op het feit dat mensen, en zeker de buitenlanders dus willen "terrassen".
Voor de gewone boodschappen "supermarktten" we daarna nog even maar daarover is niet zo veel te melden......
Een lekkere dag was het, de hele dag buiten, planten planten, met een stoel in de zon in de boventuin met uitzicht op de steeds groener wordende hellingen tegenover ons, traktoren met hout, honden op hun zijtje of blaffend langs het hek.
En als afsluiting, iets wat we nauwelijks doen, maar gisteravond wel. Voetbal gekeken, H-NL en het werd 0-4. Wel blij maar ook weer niet, beide volksliederen gaven kippenvel en beide teams werd het gegund. Gisteravond kwamen we er opeens achter dat we liever winnen van Duitsland of Italië.....
En nu is het alweer zaterdag en gaat vannacht de zomertijd in. Een uurtje minder, maar wie wil er nou slapen op zo'n mooie dag, als je ook kunt "zomeren!"
Ik ben altijd braaf naar school gegaan en ook braaf maakte ik altijd mijn huiswerk. Niet dat ik er zin in had, er zijn altijd dingen te verzinnen die leuker zijn dan de dingen die opgedragen zijn door een ander, maar ergens in mij heeft altijd een mechanisme gezeten van ambitie.
Het hoogste cijfer willen halen. En op z'n minst het hoogst mogelijke cijfer. Later het halen van tentamens binnen de daarvoor bestemde tijd, afstuderen binnen de termijn, zo snel mogelijk een baan en daarin ook weer goed willen scoren, omzetten, beoordelingen, targets en zo voort.
Soms vinden anderen om mij heen zo'n mechanisme lastig, kan zijn dat het vermoeiend is of lijkt voor mensen die zo'n mechanisme niet kennen, maar andersom werkt dat natuurlijk ook zo.....ik kan erg moe worden van ambitieloosheid om mij heen op welk vlak dan ook.
Sinds kort heb ik weer huiswerk. Weliswaar ook weer opgedragen door een ander maar met grote instemming van mij. De nieuwe School bevalt uitstekend omdat zij ook op een nieuwe manier onderwijst. Gebruik makend van alle media die er bestaan wordt de H les veel leuker dan al het taalonderwijs dat ik vroeger genoten heb. Ook gisteren weer. Zoals bekend is ons eerste onderwerp Politiek van Hongarije en gisteren werd dat omlijst door een (WIFI) rede op de laptop, uitgesproken door een politicus en een (WIFI) stuk uit het journaal over een demonstratie in Budapest tegen de inperking van de macht van de rechters die de grondwet moeten controleren. Uiterst actueel allemaal maar tegelijkertijd confronterend. Denk je na het lezen van een les in je leerboek dat je een hele Piet bent, na zo'n politieke rede weet je weer waar je echt staat......aan het begin van écht begrip. Gelukkig is het H les en kunnen we de rede 3 keer terugspoelen.
Het huiswerk ligt niet alleen bij mij. Ik merk dat de lessen uiterst gedegen zijn voorbereid. Ik luister niet alleen naar de rede, hij wordt mij aangeleverd op papier samen met vragen over de tekst, luisteroefeningen en eventuele grammaticale tips. Bij het stuk journaal eveneens multiple choice vragen die ik moet beantwoorden tijdens het kijken en luisteren. Kortom, er zit een hoop tijd in die lessen, het is allemaal "eigen maak" van mijn lerares en daar ben ik haar dankbaar voor. Net als vroeger als kind voel je haarfijn aan wie zijn lesjes afdraait en wie er echt bevlogen is, bij wie je je ambitie mechanisme moet inschakelen en bij wie het als het ware vanzelf gaat.
We zijn nu bijna klaar met Politiek en als volgend onderwerp heb ik Economie gekozen. Ik kijk er al naar uit.
Weer Pécs
Na een teleurstellend bezoek een tijd geleden is Pécs weer volledig gerehabiliteerd. Dit weekend was het weer zoals we het kennen en zoals we het mooi vinden. De tijd van het jaar laat de gevels schitteren, de nieuw aangelegde perken in volle bloei, inclusief tulpen. Veel mensen op straat, chique op weg naar een concert of bruiloft, casual op de terrassen, jong en oud, buitenlander en Hongaar, alles door elkaar.
Ook na heel lange tijd gegeten in het restaurant dat we altijd bewaren voor "speciaal" of voor "als we er lang niet zijn geweest en zin in hebben", Corso. Het concept van Corso is veranderd en wat we ons nu afvragen is het waarom. Wij vinden de verandering positief, maar hij lijkt ons niet ingegeven door luxe problemen en we zien niet uit naar de dag waarop Corso zijn deuren zou moeten sluiten, zoals zoveel zaken in H.....
De bistro van de benedenverdieping is omgebouwd naar delicatessen winkel, met mooie oliën, azijnen, Italiaanse en Aziatische spulletjes, een kleine vitrine met mooie kazen, eigen ganzenleverterrine en paté en mooie verse eigengebakken broodjes. Verder een hoekje om wat te drinken, een hoek met kookboeken en een stellage met wijn. En niet te vergeten, schappen met luxe chocolade.
Er was geen kip, behalve de koks, de eigenares en wij en dat was hopelijk een kort moment in de opstart. Voor deze omgeving is het assortiment al heel wat en ik gun ze de klandizie van de Culinaris winkels in Budapest waar het altijd gezellig afgeladen is en waar je bijna altijd botst met je winkelmandje tegen alle andere winkelmandjes en waar zien kopen, kopen doet.
We gingen naar boven want de eerste verdieping is nu het restaurant en bistro tegelijk. Ook hier flink geklust en meer onze smaak, grote schilderijen, meer kleur dan wit en warme kleurige lampen. En het eten was heerlijk! Steak tartare, ganzenlever, paella met zeevruchten en kip, risotto met zeevruchten en eendenlever, heerlijk en allemaal in een normaal tempo, waarbij de tafel ook even leeg is, voordat het volgende bordje al wordt aangedragen......Snel een reden verzinnen om terug te gaan!
De zon scheen en niet alleen in Pécs. Het hele weekend was geschikt om buiten te zijn, heerlijk met boeken en honden en veel water. Ook CFD hadden het goed want wij hadden grote varkensbotten voor ze gekocht en sowieso is de tuin feest, Aktie Daksi met de bal, controle van het landgoed door Coco en botten stelen door Flicka.
Het eerste gras is gemaaid, de moestuin gezaaid en de bloesem staat op springen. Straks, weer foto momenten in overvloed.
Er is weer van alles te beleven, dichtbij. Onze fruitbomen staan prachtig in bloei en het bekende monotone maar welkome gezoem klinkt onophoudelijk. P is druk in de moestuin en op advies van onze vriendin M, die haar moestuin altijd piekfijn in orde heeft, maakt P nu ook gebruik van de petfles. Een petfles is een soort minikasje dat over het gezaaide goed wordt heengezet en zorgt voor snelle groei. M heeft er uitgebreid ervaring mee opgedaan en wij dus nu ook. Wijzelf hebben nooit petflessen, water halen we in statiegeld glazen flessen met koolzuur capsule, maar onze buren zijn van de cola en de sinas en kijken vol belangstelling naar dit experiment. Waarschijnlijk vindt het nog wel navolging!
Niet alleen de petfles heeft hier een tweede leven. De schuur ligt vol met spul voor je weet maar nooit. P had zin om een kasje te maken en daarvoor duikelde hij oud plastic, oud kozijnenhout, dopjes van bierflessen en spijkers op en in 1 middag stond er een kasje. Voor de tomaten en de paprika die uit eigen tuin toch wel heel erg lekker zijn.
De oprit krijgt nu ook versterking, we hebben gekozen voor de minder mooie maar wel goedkope en praktische oplossing. Laten liggen wat er ligt en een pad van gatenstenen ernaast leggen, die de tonnen van de poepwagen en de tractoren met hout moet kunnen dragen, ook als het nat en zompig weer is. Gisteren haalden we er 15, meer lijkt ons niet verstandig voor onze eigen auto en een groot deel daarvan ligt er al in. Zware dingen zijn het, 35 kilo per stuk, maar ze liggen dan ook als een huis!
Onze boer buurman heeft dit jaar aardappels gepoot. Dat was mooi om te zien. Allereerst werd er geëgd met een nieuwe eg. P ging hem bewonderen en hoorde dat het ding 1 miljoen Forint, ongeveer 4000 Euro heeft gekost. Daarna de kunstmest met het handje en vervolgens met 2 man op de pootmachine de aardappels in de grond. Echt leuk zo naast de deur, leuker dan een conifeer- of een taxus haag die alleen voor de sier is en tegen inkijk. En bovendien weten we waar we dit jaar de aardappels gaan kopen. Op de één of andere manier smaken ze beter dan de anonieme aardappel van vroeger.
En na gedane arbeid is het rust. Voor de honden en voor ons, in de zon met boek en blad!
De H les is nog steeds erg leuk. We hebben het nu over bankzaken, over geld en als we dat hebben gehad gaan we wat meer richting de economie in het groot, in het algemeen. Taalkundig zou ik nu moeten weten hoe ik moet lenen, sparen, een deposito kan openen, welke soort en voor hoe lang, hoe ik moet vragen naar de beste rente en uiteraard hoe ik het beste mijn euro kan wisselen in Forinten.
En of ik het echt al weet is de vraag, het zijn nou niet woorden die door dagelijks gebruik blijven hangen, maar het voordeel is al groot genoeg als je de woorden herkent en je in ieder geval bij de bank op de juiste knop drukt na binnenkomst, het juiste bonnetje trekt en daarna bij het goede loket wordt geholpen.
Na een zeer lang uitstel hebben we gisteren eindelijk geld uitgegeven aan een nieuwe porszivó, stofzuiger. Huishoudelijk werk is niet mijn hobby en stofzuigen dus ook niet. Het ding deed ook zijn best om de klus zo vervelend mogelijk te maken. Vanaf zijn begin weigerde hij het hoogste vermogen, dan kapte hij er gewoon mee na een paar seconden, dus al snel deden we alles op halve kracht. Daarna brak de sluiting van de slang op het ding zelf, na een paar keer zeer behelpen, werd de sluiting gemaakt door vriend A hier in het dorp. De relatie werd er niet liefdevoller op toen het snoer bedacht om steeds automatisch terug te rollen, zo zonder bevel van mij. Met het ding vlak op mijn hielen was het stofzuigen geen doen en met behulp van tape regelde P dat het snoer helemaal niet meer terug kon rollen, mooi tijdens het werk maar lastig bij het opruimen. Het rechterachterwiel weigerde dienst en brak af. Tijdens de rit stopte ik het wiel steeds terug maar in het vuur van de klus kwam het ook regelmatig voor dat ik aan de voorkant en het wiel aan de achterkant van het huis vertoefde. Op 1 wiel stofzuigen ging ook wel, het geluid van de motor overstemde het schrapen van de wielloze zijde van het ding.
Maandag is los van de tijd die extra nodig is in verband met planten die uitvallen of hondehaar, in ieder geval de vaste schoonmaakdag. Opeens voelde ik een enorme lichtvoetigheid over me komen en zag toen dat ik alleen de slang in mijn handen had, het ding was achtergebleven en had de slang van zich afgescheurd. Netjes stopte ik om de paar meter de slang weer terug, P keek nog naar de mogelijkheden, maar de conclusie was helder. Het ding was niet meer te handhaven.
Voor veel voorwerpen in en om ons huis hebben wij namen. Kasten heten bijvoorbeeld tante Betje of Bep. Stoelen, Oma of Rivierenbuurt Amsterdam. Tekenend is het dan ook wel dat het ding nooit een naam van ons kreeg. De haat was wederzijds.
Er was een porszivó in de akció bij de Tesco. In ons Nederlandse leven hadden wij waarschijnlijk al lang geleden de moed opgegeven en afscheid genomen maar hier is het anders. Tot de laatste snik doen wij met de spullen en zelfs nu zal het ding niet weggaan, immers, de motor doet het nog, het snoer kan ergens anders dienst doen en wie weet waar de slang nog goed voor is.
Voor vergelijkend waren onderzoek gingen we eerst naar een speciaalzaak. Een degelijke porszivó stond klaar, duurder dan de Tesco akció en zelfs zoveel duurder dat ik voor het verschil toch zeker 2 boeken zou kunnen kopen of 3 x uit eten hier in de buurt of 10 H lesuren......Geen sprake van dus. Het bedrag van de akció was al erg genoeg want geld uitgeven voor een porszivó is uiteindelijk nooit een feestje.
Hij staat nu klaar voor gebruik. Hij heet Sárga Monstrum, het gele monster en vooralsnog is dat liefkozend bedoeld. De motor doet het, P heeft 1 m2 geprobeerd, maar om hem echt uit te proberen kunnen we best tot maandag wachten.......
Om op een aantal vragen in één keer antwoord te geven, het Sárga Monstrum heeft het goed gedaan eergisteren en mag blijven. Het snoer is aan de korte kant, maar de wielen lopen soepel en zitten er nog aan, het vermogen kan op maximum en technische verrassingen bleven achterwege. Om nou te zeggen dat de klus opeens erg leuk geworden is......dat zou te ver gaan, maar misschien komt SM nog voor de Pasen weer even van stal.
Er zijn tenslotte mooiere dingen op de wereld. Wat te denken van gistermiddag half vier. Ik zat aan de házi feladat voor mijn H les van vandaag en ik was op driekwart. Een roep van over de schutting met een uitnodiging. Onze moestuin grenst aan de moestuin van de buren en de buren zijn M en J en de moeder van M, Sofia. Wij noemen haar Sofianéni want ze is op leeftijd maar we tutoyeren haar wel want dat mag hier. Elke keer als wij de kerkklokken horen op een onverwacht moment, denken we het zal Sofianéni toch niet zijn, maar meestal zien we haar kort daarna scharrelen tussen de tomaten of de boontjes.
Sofianéni was jarig gisteren en natuurlijk had P haar al gefeliciteerd vanuit zijn petflessenproject. Daarom de uitnodiging. Er stond al een blad, met 4 kleine glaasjes en een fles Palinka, házi Palinka van pruimen. We zongen en proostten op Sofianéni en we waren het snel eens dat 89 jaar nog niet oud maar Jong Plus is, en Sofianéni was in haar nopjes. Na de Palinka volgde er nog een. Wij zaten in het gras, M op het hek en Sofianéni op een stoeltje van wel 20 verschillende plankjes hout. De zon brandde en de Palinka hakte er in. Een mokerslag maar gelukkig had ik die dag zowel ontbeten als geluncht met fruit dus paste de Palinka er goed bij....
Na de 2e Palinka ging ik terug naar mijn házi feladat en hielp P, onder het genot van nog 2 Palinka, M en Sofianéni in de moestuin met het water uit onze put.
Het weekend was een mooie mix van natuur en cultuur. Zaterdag waren we in Orfú, een dik uur van ons vandaan, waar een medvehagyma festival was. Medvehagyma heet in het Nederlands daslook en dat is raar. Medvehagyma is letterlijk berenlook, in het Duits Bärlauch, in het Engels Bear's garlic, in het Frans ail des ours, dus wat ooit de reden is geweest in NL om de beer in te wisselen voor de das is mij een groot raadsel.
Medvehagyma smaakt er niet minder om en ruikt heerlijk. Een paar kilometer voor Orfú reden we al door een geurenlandschap en snoven we de heerlijke luchten op. Bossen vol met de smakelijke bodembedekker, mensen aan de pluk, kratjes vol voor achter in de auto. Het festival was niet wat we er van hoopten, de meeste kraampjes hadden niks te maken met medvehagyma maar desondanks kon ik nog een potje geitenkaas met medevehagyma en kummel kopen, zal vast en zeker lekker zijn. Onze plannen zijn om wat plantjes te kopen en op onze berg te zetten en op onze boswal, wie weet slaat het aan en zijn wij volgend voorjaar voorzien. In onze bossen is het namelijk nog niet te vinden.
Zondag was een cultuurdag. Mijn H lerares Timea ging op voor haar examen Duitse Gids in Pécsvarad. We kennen P al maar op deze manier was het toch weer extra leuk en hoorden we dingen die we nog niet wisten en extra leuk omdat onze vrienden H en M uit Gerde de rit ook gemaakt hadden om hierbij te zijn.
En hoeveel leuker is het allemaal nu het mooi weer is en voorlopig lijkt te blijven. Bloesem volop, vogeltjes, vlinders, helaas ook teken. Al behoorlijk veel groen in de moestuin, eigen sla met eigen bieslook met eigen walnoten van vorig seizoen.
Op weg naar Pasen!
We hebben een mooi Pasen achter de rug.
Op Goede Vrijdag, hier heet dat Nagy Péntek(grote vrijdag) lieten we de traditionele karper voor wat hij was maar aten we garnalen uit de diepvries in plaats van vlees. M en M zijn trouwer aan de traditie en haalden met de bus een grote karper uit Bonyhád, lieten hem daar al op de kop slaan en konden hem dus rustig in de bus mee terug nemen. Dat is al een soort concessie, we hebben meegemaakt dat hij nog even in hun badkamer, in hun bad vertoefde, alvorens het definitieve einde kwam.
We hadden het rustig, geen afspraken buitenshuis en dus waren we aan het rommelen op het landgoedje. Luieren en rommelen brengt altijd goede ideeen op gang. Het idee ontstaat vaak uit een probleem, nou ja een probleem, meer een klein issue. De planten moeten water krijgen, maar het water uit de put is te koud, dat moet in emmers een beetje worden opgewarmd. Dat opwarmen was makkelijk want vorige week was het al zomers warm, net met de Pasen niet, maar in ieder geval warm genoeg om buiten te zijn. We dachten al wat vooruit aan de échte Zomer en zuchtten al bij voorbaat dat het dan vast wel weer erg warm zou worden en P meldde dat hij de buitendouche vast zou installeren.
Water uit de put opwarmen en zelf verkoeling zoeken, dat waren de kleine issues.
En de oplossing was zo eenvoudig en stond te wachten in onze eigen wijnkelder. Een TUB. We hebben een tub, geen dure uit het tuincentrum, niet met een houtkachel er aan vast voor in de winter, niet met een zitje er in of een trapje er naartoe. Het is een tub zonder fratsen, maar hij voldoet aan onze eisen.
De tub is zijn tweede leven ingegaan want vroeger was hij druivenvat, maar wat is nou eigenlijk het verschil? Rond, groot en van hout en gevuld met water.
En het staat nog leuk ook!
Coco
Precies 2 jaar geleden schreef ik ook een blog, op dezelfde plek en met hetzelfde onderwerp. Het was feest die dag want Coco werd 10. Ik schreef over Coco de wonderhond, die het toch maar mooi had gered, na al zijn narigheid, de voorspellingen over zijn korte leven ten spijt. Tien jaar een wonder.
Ik ga mezelf niet herhalen, in de archieven staat het blog nog steeds onder april 2009, dus lees het nog maar eens.
En nu is het 2011, weer april, de 28e en opnieuw is het feest, groot feest want Coco is vandaag 12 geworden. We zijn dankbaar voor elke dag met Coco, dus zeker voor deze 2 extra jaren. Het moment is gekomen dat we zijn leeftijd kunnen zien en merken. Zijn gezichtje is helemaal grijs, zijn flanken ook. De afgelopen winter viel hem zwaar, kou, vocht, geen zon op de botjes. De grote sprongen die hij maakte laat hij achterwege maar de achterpootjes zijn nog sterk genoeg om blaffend langs ons hek te sprinten en om 's nachts, als niemand het kan zien, op de love seat of op de bank te springen.
Hoeveel we van hem houden is niet te beschrijven en vandaag zal alles in de lijn van Coco verlopen. Dat betekent, rust, geen gekke dingen, de poort op slot, niemand er uit en vooral niemand er in! De kring van Coco's geliefden is klein maar hecht en Coco vindt het goed zo.
Uiteraard is er lekkers, grote varkensbotten van de slager en uiteraard hebben we vanmorgen voor hem gezongen, zowel in het Hongaars als in het Nederlands. Vanaf zijn zachte dubbele kussen keek hij en luisterde hij en knipperde hij dankbaar met zijn oogjes.
Het slechte zondag 1 mei weer werd getrotseerd. Onder grote belangstelling, onder het genot van H drankjes en NL hapjes afgesloten met een bábgulyas, is voor de tiende keer de expositie geopend in Nagypall.
Een gevarieerde jubileum expositie, kunst en foto's van de kunstenaars bijeengebracht in de altijd sfeervolle galerie van Eddy Smid en Frouke Schouwstra.
Kijk maar even rechts op dit weblog onder de rubriek Leeswaardig. Daar staat de link naar hen toe, van harte aanbevolen!
En de muziek was prachtig, voor het oor én voor het oog!
De afgelopen dagen bevonden wij ons over onze eigen provincie grens en waren we in Somogy. Ook heel mooi, landschap nog wat lieflijker, glooiender en wijdser dan hier en misschien ook nog wel een tikje rustiger.
We waren in het huis van mijn zus, het huis een beetje gezellig maken na een lange winterstop, tuin fatsoeneren, boodschappen doen en uiteraard genieten van de andere lucht en omgeving. Het Balatonmeer was onstuimig, witte kopjes en warempel de geur van zee, wat me meteen gelukkig maakte. Het is geen zee, ik weet het, en die zee, die mis ik, maar voor nu was het even een mooi compromis.
We betraden Mala Garden, dat doen we namelijk altijd als we daar in de buurt zijn en ook de kaart en de hele aankleding deed ons wegdromen naar zee-rijke oorden. Mala Garden is een soort Balinese villa, met bijbehorende inrichting en muziek en uiteraard de kaart, mét inktvis bijvoorbeeld. Heerlijk!
Het weer was goed en om de boel wat op te frissen kwam er een dikke regenbui voorbij met flink onweer. Het huis is prima, alles watert goed af, dus we genoten er van, vanaf de mooie tanya veranda.
Even naar Kaposvár, leuke nieuwe beelden op straat, een mooi nieuw káveház met heerlijk terras en uitzicht op de kerk. En als een klein wonder, in een hoekje van de tuin, de mogelijkheid om onze mail binnen te halen! Waar we ook zijn, de laptop vergezelt ons......
En nu weer terug in de eigen provincie. Het giet vanaf vanmorgen koffietijd en het ziet er nogal blijvend uit, maar morgen zal het vast anders zijn. De kachel brandt, de lampen ook en er is dus niks te morren.
Vandaag is het vrijdag de 13e. Nu we in ons huidige leven niet worden geleefd door de agenda maar er gewoon mee leven, was het me nog niet opgevallen. Ik las een stukje in de krant over vrijdag de 13, dat de meeste mensen niet echt bijgelovig zijn, maar desondanks in hun leven en doen en laten op die dag er toch een beetje rekening mee houden. Waarschijnlijk om de Goden niet te verzoeken?
Ik ben ook niet bijgelovig. Ik signaleer een zwarte kat voor de auto en ik rem natuurlijk, zonder dat ik er angstige voorgevoelens bij krijg. Als er een ladder op de stoep staat loop ik er onderdoor, maar kijk wel even voor de zekerheid wat of wie zich bovenaan bevindt.
Zo'n relatie heb ik ook met vrijdag de 13e. Alhoewel.....op bijna alle vrijdagen de 13e moet ik terugdenken aan Robbie, ons allereerste hondje thuis, een boerenfoxje dat na een leven vol mishandeling en verwaarlozing bij ons kwam wonen en op een miserabele vrijdag de 13e overleed.
Vandaag zijn we thuis, alles is in huis, niemand er in niemand er uit. Dat scheelt. Echter, in en om het huis gebeurt het meeste ongemak. Overal valkuilen, trappen, stenen, gereedschap, keukenmessen, stroom en allerhande klusserij. Vanmorgen zat ik in de tuin met een boek en dat was veilig. De moorden bleven in het boek ook al was de beschrijving beeldend en de moordwapens werden veilig gesteld. Het boek is nu uit helaas en ik ga zo meteen voorzichtig de zolder van de schuren op om nieuw hondenvoer en een hondenkussen naar beneden te halen.......
Het is druk in de tuin. We hebben diverse vogelhuisjes en ze zijn vol! Met mussen, merels en koolmezen. De tuin is een concert en wij mogen toehoorder zijn.
Tegelijkertijd bewaken wij samen met CFD de nestjes tegen loslopende buurkatten die op zoek zijn naar een hapje.
En morgen is het alweer de 14e.
Vanmorgen liep ik naar mijn auto, net de H les achter de rug. Ik ging zitten en checkte in de spiegel wat ik al dacht te voelen. Een rood hoofd alsof ik net uren in de zon had gebakken. Pas na een minuut of 20, met de raampjes open kregen mijn wangen weer de normale lichtbruine teint die bij dit seizoen hoort.
Vanmorgen kreeg ik een aantal oefeningen voor mijn neus, die heel gedegen de tot nu toe behandelde 3 blokken samenvatten. Politiek, bankwezen en economie. Ik begon voortvarend en alles ging jó tot nagyon jó, maar als altijd zat het venijn in de staart, de lange staart deze keer.
Die pesterige verbindingswoordjes zoals ofschoon, indien als, hoewel en H woordjes die meer betekenissen hebben, gewoon 'en' maar ook een tegenstelling kunnen aanduiden. En uiteraard de moeilijkheid dat in Hongarije overal een eigen Hongaars woord voor bestaat, zonder hulp dus van een herkenbare Verduitste of Verengelste versie. Het woord Parlament, hoe makkelijk te sjoemelen, gewoon een beetje rommelen met de uitspraak, maar in het Hongaars niets van dit alles. Parlament is országgyülés.......
Gelukkig was het les en les is er voor om te weten waar je staat en wat je wel of niet hebt begrepen dan wel onthouden, en ik weet wat me te doen staat voor de volgende week. Het nieuwe blok gaat over "werk". Misschien wel makkelijker dan Politiek, Bank en Economie.
En zaterdag dachten we nog wel dat we zo vooruit waren gegaan met onze H taal. Zaterdag waren we uitgenodigd bij mijn H familie. Helaas wonen ze op 215 kilometer afstand in een stadje iets boven Budapest. Het was een mooie dag. De snelweg was leeg, de rondweg Budapest duidelijk en rustig als altijd en de ontvangst zeer hartelijk en gastvrij.
Er zijn overeenkomsten met het platteland, ook de stad is zeer gastvrij. De tafels zijn gedekt, er is drank en spijs voor ons allemaal en tijdens de maaltijd komt de gedachte op dat de familie na ons nog wel 2 busladingen zou kunnen ontvangen. Er zijn ook verschillen. Het eten is lekker maar anders dan hier in de buurt. Misschien moet ik het stadser noemen? Nergens drijft vet, er is vooral gevogelte en verder salades en vegetarische hapjes. De toetjes zijn weer vergelijkbaar, diverse gevulde palacsinta, schalen vol, maar ook nog ijs met verse aardbeien en om het af te maken een grote kom met tiramisu.
En dan die taal want daar ging het om. Mijn familie praat zeer duidelijk, articuleert perfect, praat langzaam en kan als het echt moet ook nog een Duits of Engels woord te voorschijn toveren. En misschien lag het ook aan de onderwerpen, ook wel politiek, economie maar dan vanuit de menselijke invalshoek en verder gewoon gezellige praat over ons huis, onze zoektochten naar van alles en nog wat, over vakantie, muziek, ons gezamelijk verleden, verenigd in mijn oma en hun tante. In ieder geval hadden we stellig de indruk dat we nou eens alles hadden begrepen die dag.
Iets na 5 uur reden we terug. Om zo dicht bij Budapest te zijn en er dan alleen maar omheen te rijden ging te ver dus ik reed er dwars doorheen en dat was hartstikke leuk. Even snel de sfeer opsnuiven, de terrassen, de basiliek, Déak tér, het Nyugati station, een brug naar eigen keuze over de Donau, prachtige uitzichten en toen weer richting de provincie.
Ons jongens zaten in de tuin, het was mooi weer en voor de zekerheid hadden we 2 schuren open gelaten en voorzien van hondenkussens voor als het zou zijn gaan regenen. Het bleef een prachtige dag dus vol verwachting van 3 honden aan het hek reden we naar boven.
Grote schrik, alleen Flicka en Daksi stonden ons dansend op te wachten. We riepen Coco maar zagen en hoorden niets. Schuur 1 gecheckt, nincs, schuur 2 nincs, al roepend liepen we als kip zonder kop de rest van de tuin door en checkte P een schuur die dicht was, voor je kunt nooit weten. Opeens een gerommel, weer onze roep om Coco en daar kwam hij aan, ritselend door de struiken van de helling naar de boventuin. Kronkelend en loeiend en zo opgelucht als Coco maar kan zijn kwam hij uit zijn schuilplaats. Er moet iets gebeurd zijn, we weten niet wat, waar hij van geschrokken is. Als Coco bang is en niet naar zijn mand kan vluchten dan maakt hij een hol. Hij graaft een gat en trekt takken en struiken als dakje over zich heen. Hij ziet en hoort alles maar niemand ziet en hoort hem. Na de begroeting rende hij in sukkeldraf naar zijn mand met schapenvacht en tot de volgende morgen 7 uur is hij niet meer buiten geweest......
Zondag genoten we nog na. En Coco genoot van onze nabijheid.
Nog even over die taal. Ik besprak de gemengde waarnemingen met mijn lerares en ze vond het zeer herkenbaar. Ze beschreef het als volgt. In Budapest spreekt een grote groep mensen, zeker de geschoolde, als de Hongaarse literatuur, loepzuiver, en daar hoort die zuivere uitspraak, het voor in de mond articuleren en de lagere snelheid gewoon bij....
Zou dat nou betekenen dat ik over niet al te lange tijd Hongaarse literatuur kan lezen? Misschien?
In onze slaapkamer staat een stoel. Normaalgesproken is de stoel er om de kleren van de afgelopen dag even op te hangen ofwel alweer klaar te leggen voor de volgende.
Nu ligt de stoel vol, vol met kleren, om precies te zijn een oude spijkerbroek, blouse en lamswollen trui, een korte broek, polo shirt, t shirt met lange én met korte mouwen en een bermuda. Onder de stoel bootschoenen, maar ook sokken en dichte stappers.
Opruimen is zonde van de moeite want alle kleren worden de laatste paar dagen iedere dag gebruikt. Het weer is verrassend en de dagen lijken op een verkleedfeest.
Het eerste jaar dat we hier woonden was het makkelijk, van eind maart tot begin november een bermuda met shirt, niks anders. De dagen begonnen vroeg, slechts tussen 5 en 8 was het te harden en alleen in dat korte tijdsbestek ging ik naar Bonyhád voor de boodschappen. Vorig jaar was alles anders. Ik kan me geen evenement herinneren dat níet in het water viel, de moestuin verdronk en koortsachtig zochten we naar mooie momenten en zonnige plekjes.
En nu, nu hebben we een mengvorm die tot nu toe best goed bevalt. Zaterdagmorgen stond ik om 7.30 bij de slager, natuurlijk al uren open en een kwartier later bij de bakker die er al een halve werkdag op had zitten. Doel, inkopen voor een echte gulyás, bereid in de ketel in de tuin boven een houtvuur. Voor de zekerheid en snelheid toch maar varkensvlees en zelfs voor deze keer de échte reuzel. Je moet even een drempeltje over, als je met je houten spaan het witte vet uit het doosje hengelt, maar alles voor een echte gulyás beleving! En als de grote lading uien in de pan neerdaalt zie je er niks meer van en verdwijnt de rijke massa naar de achtergrond.
Het gras was nog vochtig, tussen thuiskomst met boodschappen en het vuur lagen donkerte, wind en een flinke bui, en wat omkleedmomenten, maar nu was het goed. De tuin was een buitenkeuken, veel knoflook, uiteraard veel paprikapoeder, en lekker verse ingredienten. De hemel kleurde donkerblauw en in de verte rommelde het. Voor de contingency dekte ik de tafel in de tuinkamer en legden we alles van stof alvast binnen, maar alle dreiging trok weg over onze boventuin, over de kerktoren richting onze buurdorpen en opgelucht trokken we nog maar eens aan de hengsels van de ketel voor de roerbeweging want echt in de pan roeren mag niet.
Het smaakte goed. Zeker voor de eerste keer in dit seizoen. Helemaal tevreden waren we niet, toch maar rund de volgende keer? Een lekkere haan met alles er op en er aan? Wat meer pit en misschien toch die kummel? Als het weer mee blijft werken zoals dit weekend komt er snel een volgende poging.
Gisteren begon de dag ook warm, na een nacht vol regen dampte het gras. De zon scheen fel en de lucht was helder lichtblauw. Ik maakte schoon en alle hondenkussens, drie setjes van drie dus, lagen op het gras en de tuinstoelen. Ik was alleen thuis en dat is hét moment om met meubels te sjouwen die ik weer eens op een ander plekje wil. Na wat zwoegen en zweten keek ik op en schoot meteen in actie. Het was donker, zo donker als het maar zijn kan als er een flinke weersverandering op komst is. Ik rende naar buiten waar de eerste grote druppels al vielen. Snel de kussens naar binnen, de waslijn leeg. Binnen, de zijramen dicht tegen het inregenen. Een felle flits en meteen een harde donder er achteraan. Snel de computer en de tv van de stroom na eerdere slechte ervaringen, lampen aan want het leek avond.
Afgekoeld na het meubels slepen en een beetje nat van de regen liep ik naar de stoel in de slaapkamer voor mijn nieuwe verkleding en zette het restje gulyás op het gasfornuis. Samen met de verse mangold die we kregen van onze overbuurvrouw smaakte het goed, maar de eet ervaring na wat uren rond een houtvuur was uiteraard niet te evenaren!
Het begint zo gewoon te worden dat ik er al bijna niet meer over zou schrijven en gelukkig realiseerde ik me net op tijd dat het verre van gewoon is.
We eten al weer een tijdje van het land. Onze prachtige gerookte ham is van een huisgeslacht varken, we kochten de hele ham, sneden hem op in mooie dunne NL plakjes en verdeelden de buit over veel pakketjes die nu zo langzamerhand 1 voor 1 de weg vinden van diepvries naar ons.
Het boompje dat we vorig jaar plantten in de boventuin heeft voor het eerst heerlijke meikersen gegeven, nog niet veel, maar wel zalig. Sinds deze week lunchen we met verse aardbeien uit eigen tuin en omdat het er behoorlijk wat zijn, eten we ze ook als toetje 's avonds. Gisteren maakte ik even een rondje en zag dat de bessen al verkleuren van groen naar rood, de pruimenbomen hangen vol, er hangen al wat kleine perzikjes en de grote kersenboom draagt veel hoopvolle groene vruchtjes. Waarschijnlijk wordt het een fruitjaar waar bijna niet tegenop te eten is en gelukkig is er voor alles dat we niet zelf kunnen opeten of weggeven nog het palinkavat!
Deze week pelde ik massa's knoflooktenen, sneed ze heel klein en zette ze op olijfolie, heerlijk makkelijk bij het koken en de nieuwe oogst knoflook is al bijna klaar. De salie komt mooi op, de bieslook natuurlijk en deze week knipte P als verrassing verse koriander boven mijn kom Thaise curry.
En niet te vergeten de walnoten en hazelnoten, ook die zien er veelbelovend uit voor het najaar. Als we geen gekke onverwachte weersomstandigheden op ons dak krijgen tenminste.
Oh ja, de eieren, ook gewoon hier uit het dorp van de kipjes van Maria. En alles dat nog komen gaat uit de moestuin.....
Gisteren reden we naar goede vrienden die 84,1 km ten zuiden van ons wonen. Normaal letten we niet op km's, maar de dagteller stond onverklaarbaar aan en vandaar die wetenschap. Elke meter de trip waard overigens. In NL was het weleens zo dat je na de eerste begroeting bij vrienden of familie de keukenverbouwing ging bewonderen, de nieuwe auto op de oprit, het nieuwe flatscreen, de mooie B&O installatie of de nieuwe kleur op de muur. Hier gaat het anders. Hier doen we altijd eerst een ronde door de tuin. En meestal is dat een grote ronde want tuinen zijn hier altijd meer dan postzegelformaat, hele postkantoren zouden er in kunnen passen.
Ook gisteren dus. In de verte kleurde de hemel donker en de wind stak op dus de standaard klaarliggende jasjes werden meegepakt. De excursie begon bij een prachtige druif die al slingerend een eind op weg was om de terrasoverkapping groen te kleuren. Daarna het geweldige nieuwe kippenpaleis, de haan en de kippen zelf en het vossenproof gemaakte buitenverblijf. Vervolgens een nieuwe schat in wording, een brood/pizza oven. Het geraamte liet al raden wat een mooi bouwsel dit zal worden. Via de kruidenheuvels, de pioenrozen en geweldige kunstwerken van twijgen liepen we verder naar de moestuin en de boomgaard met als topper dit jaar de amandelboom.
Kletsend, kijkend en bewonderend liepen we terug, uiteraard nog eens langs al die heerlijke kruiden en via de kippen en de trotse haan gingen we de warmte in want de wind was guur en de regendreiging hing nog steeds in de lucht.
Onze vrienden eten ook van het land en zijn er bovendien meester in om er wat moois en lekkers van te maken. Meer kennis dan wij in ieder geval, dus elk bordje is een plaatje en een palet van smaken. Wat te denken van een eigengemaakte gebakken ravioli met mozzarella gevuld op een deken van diverse sla-soorten met bloemen op het bord afgemaakt met verse lavendel? En dat was nog maar het begin.
Deze week was er op de NL tv een reportage over de rookoven die in de NL huizen de Weber BBQ gaat verdringen. De rookoven die massaal zal worden aangeschaft en massaal een paar maand later op Marktplaats zal verschijnen. Vriendin M heeft al eeuwen zo'n rookoven en rookt heerlijke gerechten, net als gisteren, een mooie kalkoenfilet deze keer.
En elk gerecht omlijstten we met z'n allen met het bijkletsen over alles wat ons beweegt en bezighoudt en dat betekent dat het altijd lastig is om het moment van weggaan te kiezen.
Terug kon ik net op tijd uitwijken voor een egel, zagen we drie vosjes wegschieten in de berm en zagen we nog wat glinsterende oogjes wegschieten. Ons huis stond als een huis en CFD begroetten en besnuffelden ons gedegen.
Voor mij staat een vaasje met rozen uit de tuin en zojuist at ik de eerste aardbei van vandaag.
Gewoon maar ook heel speciaal!
Misschien was ik in een vorig leven interior designer, misschien word ik het in een volgend. In ieder geval is interior design nu een lievelingsbezigheid. Ik heb het van thuis meegekregen, ook mijn moeder en zus zijn ermee behept. Meubels zijn er niet voor gemaakt om altijd op dezelfde plaats te staan vinden wij.
Jaren geleden kocht ik een prachtige veelkleurige deken bij Ikea en drapeerde hem over de rugleuning van de bank. Ik was er blij mee. Onze goede vriendin N kwam binnen, zag de deken meteen en vroeg of we het koud hadden gehad. Ik kreeg blosjes en in een mix van verontwaardiging en schaamte zei ik zachtjes maar resoluut "dat is styling". Vanaf dat moment werden alle wijzigingen die ik aanbracht of opperde toegeeflijk onder die noemer geplaatst. Ach ja, dat is Katinka met haar styling.
Ik heb het overal. In gedachten schuif ik tijdens koffievisites met meubelen, hang ik schilderijen aan de muur, verplaats ik boeken. Tijdens dineetjes los ik vraagstukken op over kasten die verkeerd staan en banken die beter zouden kunnen.
En soms geef ik advies, gevraagd en heel soms zelfs ongevraagd en niets kan me blijer maken als het advies wordt opgevolgd. Net als alle interior designers heb ik een handtekening. Niet "less is more", of "wit", mijn smaak is "kleur" en "try more".
Niet 1 schilderij boven de bank, waarom niet meteen 10 of 20? Waarom maar 1 zitje in een kamer? Waarom een klein effen kleedje op de vloer als er grotere gekleurde bestaan? Groots en meeslepend moet het zijn en boeken, uiteraard veel boeken!
Ik heb net weer een periode van verandering achter de rug. Sommige veranderingen sluimeren een tijdje en sommige poppen op. P wordt gek van mij. Op elk voorstel tot verandering komen antwoorden die ik niet wil horen. "Het past niet wat jij wilt. Het staat toch goed zo. Ik denk niet dat het mooi wordt. Denk er nou maar eerst eens over na." Met andere woorden, elke verandering wordt voorafgegaan door een flink dispuut.
Vaak wacht ik daarom mijn moment af. P even weg en ik weet wat mij te doen staat. Meubels op kleedjes tillen en slepen maar. Aan 1 kant tillen en met vele malen steken, heen en weer, staat het meubel op de gewenste plaats. Soms ziet P het meteen als hij terug is, soms duurt het een dag of 3, maar altijd is P zo sportief om toe te geven dat het "meevalt".
In de minderheid van de gevallen moet ik echt wachten op hulp. We hebben een tafel, 3 meter lang en die stond niet naar mijn zin. Al meer dan een jaar niet. Elke keer als ik hem zag, wist ik wat ik wilde, maar ik wist het nog niet zeker dus hield ik me rustig. Vorige week was het moment daar. De voorbereidende werkzaamheden had ik zelf uitgevoerd, een tafel en een bank verplaatst en een oude kist. Gedecideerd legde ik mijn plan voor en wilde niet horen van uitstel of afstel. P nam het meetlint en moest toegeven dat het zou moeten passen en samen met overbuurman A verplaatsten wij de grote tafel.
Blij als een kind met de mooie nieuwe leeskamer/bibliotheek en met de schat aan mogelijkheden die de lege plek weer voor me overliet. De oude geborduurde theedoeken hangen en vertellen wijsheden zoals "Maria helpt" en "Wie van zijn man houdt, kookt een mooie lunch voor hem". En gelukkig zag ik dat er nog steeds ruimte over is, voor als ik nog eens tegen zo'n doek aan mocht lopen.
Zojuist is deze periode afgerond. De bank in de gang is verplaatst en 2 oude kisten, die onze schoenen herbergen, staan te pronken tegenover onze slaapkamer. Ik vind het mooi en P vindt het praktisch en uiteindelijk zijn we dus beiden blij!
"Try more", gewoon doen!
Na het gesleep met meubels heeft de aandacht zich weer gericht op alles wat zich buitenshuis bevindt. Wat te denken van aardbeien, heel veel aardbeien, in de kefir, zo uit de hand, in een shake, vers uit de tuin naar de mond. Kortere trajecten zijn er niet te verzinnen. En juist nu er onrust is over komkommers, tomaten, sla en kiemgroenten, prijzen we ons gelukkig met alles wat om ons heen uit de grond komt. Net een handje frambozen op, gister weer aardappelsalade met verse bies- en knoflook.
Nog een dag of 2 en dan hebben duizenden kersen de gewenste kleur en rijpheid. De takken zijn zwaar van het fruit, nu al zijn ze lekker, maar voor de komende 2 weken is het Kersentijd.
Misschien niet de beste tijd om naar De Grote Stad te gaan....en toch duik ik weer even onder de komende dagen. Binnenkort dus weer blogs uit Budapest! Herhaalbezoekjes aan de lievelingsplekken en vast en zeker ook weer nieuwe ontdekkingen.
Blijf kijken!
Ik ben weer terug uit de Grote Stad. Het was weer prachtig als altijd. Maar vooral was het warm deze keer, heel erg warm. Van 's morgens op het ontbijtterras tot 's avonds op het koffieterras, warm bleef het. Gelukkig is er in Budapest veel groen, soms moet je even zoeken maar groen is er altijd. En dus ook schaduw.
Op straat was het warm maar vooral ook in de bussen, de oude blauwe bussen, die zuchtend en steunend de berg opzwoegen maar altijd hun doel bereiken en nog op tijd ook. Bus 11 bijvoorbeeld, het begint nog rustig op het Batthanytér maar vanaf Mechwart Liget begint de stijging en al snel ligt de drukke binnenstad aan je voeten. Villa's, dure tassen aan chique geklede schouders, internationale kinderdagverblijven, vlaggetjes op auto's en die bus, die zwoegde voort. Even later. Zo maar weer een andere bus, op de Csatarka út, weer fluks naar beneden om uit te komen op Kolossytér.
Ik had een zakdoek waarmee ik mijn hoofd afwiste, maar het was mijn eigen schuld, ik koos voor deze bussen in plaats van voor koele tram 4 of 6, of de metro met de chronische wind door je haren.
Ik had te doen met de échte werkers, de mannen op straat met de feloranje hesjes over hun blote bast. Op Moszkvátér dat sinds kort Széll Kálmantér heet stond een groepje oranje mannen tussen de rails van tram 18, 59 en 61. Rustig maar gestaag moest al het vastgekoekte grind uit de rails worden gebikt en weggeschept op een steeds breder groeiender heuvel. De flessen sinas en water in de hand en aan de mond, maar alleen al het kijken deed zeer. Wat een werk in deze omstandigheden.
Ik zag op een pilaar dat het een dag in juni was, dat het pas 10 uur was en toch al 37 graden wat nog veel meer narigheid beloofde voor de uren hierna.
Op een morgen liep ik over de Margit brug. De Margit brug is al een tijd in renovatie. Een periode hebben alleen bus, tram en hulpdiensten gebruik mogen maken van de brug maar nu zoeven rijen auto's weer van Buda naar Pest en vice versa. De brug is nog niet klaar, delen van de reling zijn nog open en dichtgetimmerd met hout en plaatmateriaal. In de Donau lag een mega grote kraan en ik wilde wel eens zien wat daar gebeurde.
Ik was niet de enige. Zoals altijd en universeel op plekken waar wat te doen is, stonden er oudere mannen met fietsen aan de hand en radiootjes op het stuur te delibereren over het werk daar onder. Ik bleef ook staan kijken want het was de moeite waard. Zoals al gezegd een mega grote kraan op een vlak schip. Daarnaast een evengroot plat schip met oude ijzeren brugdelen, groot en zwaar, zo'n 6 meter lang. Daar weer naast een klein roeibootje met 3 mannen en als sluitstuk 2 mannen in de Donau!
De mannen vielen me het meest op omdat ze er spectaculair uitzagen en omdat ze zo nietig leken en ook waren tussen al dat boten geweld. De ene man was in duikerspak, droeg een zuurstoffles op de rug en de andere man was in blauwe overal. Toch viel hij het meeste op want hij droeg een vuurrood petje van stof. Ik vroeg me niet zo zeer af hoe hoog die kraan nou was of hoe zwaar die brugdelen, dat ze hoog en zwaar waren kon ik zo wel zien. Ik vroeg me af waarom de man het rode petje droeg.
Ik had geen zin om me te mengen in de gesprekken van de mannen met fietsen en ik bleef gewoon kijken. En zoals altijd kwam het antwoord vanzelf. De mannen waren er voor om stalen kabels om de brugdelen te slaan en goed vast te maken zodat de kraan ze in de boot kon tillen. De duiker was voor onder de brugdelen, telkens verdween hij voor een paar minuten en gaf het stokje over aan het petje om hem boven water het karwei af te laten maken.
Toen de kraan bezig was hadden de mannen even rust. De duiker deed zijn duikbril af en ging eens lekker dobberen. De man met het petje deed zijn petje af en daar had ik het antwoord, een volledig kale schedel! En die zon kan daarop branden ook al lig je midden in de Donau! De man pakte zijn petje, schepte het vol met Donau water en goot het leeg over zijn hoofd. Een paar keer herhaalde hij deze handeling en vervolgens, na het petje nog eens goed nat te hebben gemaakt zette hij hem weer op om zich klaar te maken voor het volgende brugdeel.
Het was elke avond een feestje om te mogen eten in BP. Keuze te over en opnieuw was ik veel te vinden in de Indiase en Thaise restaurants. Heerlijk, prima om er alleen te komen en nu kan ik er weer heel even tegen. Gelukkig wel met koriander in de tuin nu.
Op een avond ging ik voor wat anders. Op de nagymezö ut zit een restaurant dat een Noord Afrikaanse keuken voert, gecombineerd met H invloeden. Ik was er in december al eens en dat beviel goed. Két szerecsen heet het. Ik was redelijk vroeg en toch was het al druk, met ook nog een aantal tafels die gereserveerd waren. Het is een leuk restaurant, door diverse trappetjes in een aantal niveaus verdeeld, veel tweetjes waar, zoals gelukkig vaak in BP, ook veel eentjes zitten.
Ik kwam op een hoog niveau te zitten en "onder" mij zat een drietje, 1 man en 2 vrouwen. Ik had ze niet bekeken maar ik hoorde ze want ze waren continue aan het woord, vooral de man. Beetje een zeurstem had hij dus ik probeerde niet te luisteren. Ik droomde weg bij de posters over schepen voor de kust van Marokko en steden en markten in Tunesie.
Voor de gelegenheid had ik wijn besteld en die was zalig, een Sauvginon Blanc uit Pannonhalma en ik nipte om er maar zo lang mogelijk mee te doen. De man oreerde maar door op het zeurderige toontje en opeens hoorde ik dat het over een hond ging die was overleden. Daar moest ik meer van weten. Ik keek naar beneden en zag een kalend hoofd. Vreemd kapsel vond ik, bovenop kaal maar de rest lang om te proberen een soort Bob te creeëren. Ik keek nog eens goed en zag oorbellen, grote witte knoppen in grote oorlellen. Ik wilde echt niet loeren maar ik zat zo mooi strategisch dat het niet opviel en ik keek verder.
De man droeg een jurk. Een blauwe mouwloze jurk. Tegen zich aan een grote witte handtas met veel ritsen en vakken. Had ik me vergist in de stem? Nee, het was toch echt een man, maar blijkbaar met de wens om vrouw te zijn en daar had hij ook zeer zijn best voor gedaan. Vanaf dat moment besloot ik hem ook als zij te zien en niet als hij.
Mijn tapas bordje kwam. Schatten uit de zee die hier zo gemist worden. Kokkels, zalm, gamba's en inktvis, lekker klaargemaakt en met een mooie baguette.
Het groepje onder mij rekende af en maakte zich klaar voor vertrek. De dame in blauwe jurk moest nog even naar de mosdo en gek genoeg vroeg ik me toch af naar welke ze zou gaan. Een minuutje later kwam er een jong meisje met rood hoofd, wenkbrauwen tot aan de kruin en rollende ogen uit de toiletten en toen wist ik dat de dame all the way was gegaan. Toen de dame zelf terugkwam zag ik sneakers onder de mouwloze jurk, grote witte sneakers met korte vleeskleurige pantysokjes er in. Praktisch, niet zo elegant maar wel bijpassend bij de tas.
Ik at heerlijk door en keek om me heen en naar buiten want de ramen stonden open uiteraard. Ik besloot de koffie op een terras te doen en om de hoek op de Andrásy ut zit een mooi koffiehuis schuin tegenover de Opera. Altijd een mooie plek en altijd een leuk uitzich op de Opera gangers. Ik zat onderuit op een bankje en had goed zicht op alles.
Voor mij zat een man, een vijftiger schat ik, een nette pantalon, dito overhemd, zelfs met stropdas en nog een colbert ook. Hij was onaardig tegen het personeel en ik vond daar geen reden voor, ze waren vriendelijk en adequaat. Hij bestelde gulyás en koffie, een rare combi, maar dat moet iedereen zelf weten. De koffie kwam en opeens begon de man zijn riem los te gespen en de onderste knoopjes van zijn overhemd los te maken. Even dacht ik dat deze man ook een mouwloze jurk wilde aantrekken maar ik zag dat hij een pen pakte en zichzelf in de onderbuik injecteerde. Dat raadsel ook weer opgelost.
De man had haast en ik niet want ik hoefde nergens meer heen en genoot van het uitzicht op Louis Vuitton, Burberry en de prachtige Opera natuurlijk met alle mooi geklede mensen op weg er naartoe. De man rekende af, gaf nog een snauw aan de serveerster en stond op met zijn gezicht nu naar mij toe. Misschien is mijn mond opengevallen van verbazing, ik weet het echt niet, maar wat ik zag waren grote oorbellen in de grote oorlellen van de man in pak.
De man zoefde weg en ik zat nog na te genieten. Een jurk, 2 paar oorbellen en een grote witte tas, allemaal op 1 avond. Ik vertel het niet hier in het dorp, de dame in jurk en de man in pak verdienen geen hoon. In tegendeel.
Als het zo warm is in de stad is er een aantal mogelijkheden om de koelte op te zoeken. Uiteraard kun je in je hotel blijven of continue down under in de metro. Niet bepaald de aantrekkelijkste opties.
Ik koos wat anders.
Op een doordeweekse dag, tegen het middaguur was ik in Városliget, het stadsbos achter het Heldenplein. Uiteraard van alle kanten goed te bereiken via de oudste metro, de tram en een aantal bussen. Er is een prachtig zwembad, in de open lucht met een metro halte voor de deur. Ik zag veel mensen met een plastic tasje, een rolletje handdoek en een badmuts. Verder in het stadbos schaduw, heel veel schaduw van prachtige oude loofbomen. Terrassen, bankjes voldoende voor iedereen, nergens dringen, nergens rijen.
Ik liep verder, in de richting van het stadskasteel. Daar was het drukker, een markt met kraampjes met veel van het Hongaarse snoep, populair maar veel te warm en druk in deze hitte. Mijn doel was de grote vijver die de grens vormt tussen kasteel en Heldenplein. Op deze vijver, of misschien moet ik zeggen in deze vijver was een expositie ingericht. Grote kunstwerken schijnbaar onwillekeurig neergelaten in het water. Je kon een roeibootje huren om zo dicht mogelijk bij de kunstwerken te komen maar toen ik een paar dames en heren enorm zag klungelen en rondjes zag draaien om maar niet dichter in de buurt van de kunst te komen, zag ik daar van af. Ik keek vanaf de kant, heerlijk onder het gebladerte van de boom.
Een andere dag ging ik naar het Margit eiland. Heel vroeger, als kind van 9 was ik daar met mijn familie om te zwemmen in het Palatinus strandbad, heerlijke herinneringen. De laatste keer dat ik er was is al zo'n 25 jaar geleden toen ik met 2 studiegenoten in BP was. Elke keer nam ik me voor om er te stoppen en elke keer viel het van mijn lijst. Maar nu, in deze hitte was het logisch om te gaan.
Met wat fantasie doet het eiland denken aan een park in Azie, een afwisseling van een Engels landschapspark met oude bomen en grillige graspartijen met aan de andere kant aangelegde gedeeltes. Perkjes met bloeiende plantjes, nergens onkruid, gras dat geknipt lijkt met een nagelschaartje, strak als een biljartlaken. Nette paadjes er langs en niemand die het lef heeft om naast het paadje te lopen.
Bouwwerken zijn er ook. Hotels vooral voor de gast die rust en wellness zoekt in de geneeskrachtige baden op het eiland. Ruines van kerken, standbeelden, nog steeds gelukkig het Palatinus bad en veel meer sportieve mogelijkheden. Bij 1 van de hotels ligt een vijver. De vijver ruikt naar geneeskracht, eerlijk gezegd niet zo'n lekker zwavelluchtje, maar je voelt al dat het geen gewoon water is. Ook hier weer bankjes. Ik tuurde in het water en hiermee werd het gevoel van Tropen nog completer. Grote vissen en een aantal schildpadjes die intelligent naar boven staarden. Nu ik er weer geweest ben neem ik me voor om met de herfst of in de winter weer te gaan. Met herfstkleuren of in sneeuw zal het ook geweldig zijn!
Een andere vlucht voor de hitte is de shopping mall. Voor mij is het niet de populairste keuze maar toch kent het voordelen. Ik had op een morgen de mall net voorbij het Keleti station op mijn programma. Vanaf het station is het maar 1 halte met de bus en in tegenstelling tot Hongaren ging ik lopen. Na 50 meter al spijt. Ik liep in de brandende zon, naast mij ronkende auto's, gelukkig even een tankstation waar schaduw was. Toen ik uiteindelijk zwetend en warm als vuur de mall bereikte merkte ik meteen waar zo'n mall allemaal goed voor is. De koele airco waaide me tegemoet. Grote borden wezen me de weg naar de keurige toiletten waar ik mijn handen kon wassen. Daarna naar de food court waar ook altijd een outlet staat die alles waar gezond sap uit kan komen perst in een beker met gewenste inhoud. Heerlijk, wat kan verse jus d'orange goed vallen!
Afgekoeld en opgefrist liep ik verder langs de winkels. Die zijn niet zo spannend, ze zijn eender aan andere malls en al redelijk snel was ik in het laatste straatje. Voor mij naast een stand een meisje en jongen met iets in de hand. Voorzichtig maakte ik in mijn stappen al een kleine afwijking naar rechts om als anonieme shopper te vluchten. Het meisje schudde ik af maar de jongen wist niet van wijken.
Hij sprak me aan, al in het Engels, zodat ik meteen weer wist dat ik er blijkbaar toch niet zo H uitzie. Hij vroeg of mijn nagels natuurlijk waren en verbaasd gaf ik bevestigend antwoord. De jongen startte zijn verkoopverhaal. In het begin was ik nog onwillig, maar de jongen deed het zo goed en aardig dat ik me mee liet tronen naar zijn stand. Hij had lang zwart haar dat hij onder in zijn nek had samengedraaid in een koel knotje. Hij liet me een kussentje zien, met verschillende kleuren aan de diverse zijden. Wit, grijs en blauw. Hij pakte mijn hand en ging met elke kleur van het kussen een aantal keer over de nagel van mijn linker wijsvinger. Tijdens de actie vertelde hij hoe goed dit systeem werkte, prachtige nagels in een oogwenk, zonder gedoe met lak en remover.
Toen hij klaar was met het kussentje, stopte hij even, keek me diep in de ogen en sprak de legendarische woorden, Please promiss that you don't scream when you see your fingernail. Ik promisste dat en de jongen haalde het kussentje weg. Ik was bijna sprakeloos. De nagel glom me tegemoet, hij leek gelakt met een kleurloze lak en mijn hand was opeens een stuk stadser geworden. De volgende nagel mocht ik zelf doen en ondertussen vertelde de jongen dat dit concept uit Israel kwam en dus niet uit Kina wat zeker hier in H een groot pluspunt is. Ook de 2e nagel lukte wonderwel.
De vraag om de order begon. Ik werd wat ongemakkelijk. Ik gunde het de jongen. Ik was onder de indruk van de nagels, maar 10.000 forint is 10.000 forint. Na mijn tegenwerpingen mocht ik zelfs 2 verpakkingen meenemen voor die prijs en na nog meer aarzeling 1 verpakking voor 5.000. De jongen vroeg waar ik werkte en toen hij hoorde dat ik zoekende was, toonde hij begrip maar ook verbazing en teleurstelling.
Uiteindelijk ben ik weggegaan zonder aankoop maar met een zwaar hart. Nu een dikke week later denk ik nog steeds dat ik het toch had moeten doen. Al was het maar om een goede verkoper te belonen. Alleen als je het weet zie je nu dat 2 nagels iets meer glanzen dan de andere 8, een herinnering aan wat mooie stadse handen hadden kunnen worden.
De volgende keer, als ik in de mall terechtkom en de jongen staat er weer, ga ik voor de bijl, daar ben ik zeker van!
Onze tuin is op het ogenblik rijp voor de smulroute, eigenlijk al een week of wat en de route zal ook nog wel even in bedrijf zijn. Bij de voordeur beginnen we met dieprode, zoete kersen. De boom is zwaar en we redden het niet om hem kaal te eten. We plukken en geven weg, we staan onder de boom en snacken. Een tak per keer. Een eindje verderop bij de présház staat een moerbei, gekke lichtgele vruchtjes, maar wel heel smakelijk. Ernaast een oude perzik die al vrucht draagt, gisteren proefde ik er één, even wachten nog.
De aardbeien zijn nu bijna op en de frambozen geven elke dag een portie. Meestal eten we van de struik want het is een smulroute tenslotte en wij spuiten met niks. Rechts van de frambozen zie ik al veel peren en appels hangen voor over een tijdje. En veel pruimen niet te vergeten, groene en blauwe en gele. Alles komt tegelijk want de zure kersenbomen hangen ook al weer vol. We lopen langs, eten, M komt langs en we plukken een emmer voor hem en nog hangt de boom vol.
Na al dat fruit wil je wel wat hartigs en gelukkig kun je onderweg ook een takje koriander, peterselie, dille of basilicum plukken. Basilicum, één gekocht plantje en veel gezaaide die allemaal op lijken te komen. Heerlijk, zeker voor straks als de tomaten klaar zijn, want ook die struiken hangen vol. De eerste rode is inmiddels geplukt. Voorlopig weinig inkopen te doen.
Gisteren kwam de jaarlijkse sproeihelicopter langs, voor de maisvelden naast ons. Een mooi en spectaculair gezicht. In onze verbeelding ruiken wij het gif en we ademen oppervlakkig als we er naar kijken. Tegelijkertijd geloven we dat we ons aanstellen. Het waait niet, de heli maait zo vlak over het veld als hij sproeit dat we met verbazing en bewondering toekijken dat hij steeds weer op tijd optrekt. Vorig jaar hebben we hem gemist, maar toen was er ook nauwelijks sprake van een smulroute, al het fruit was verrot en de oogsten slecht. Nu lijkt het een "normaal" jaar te worden.
Aan het eind van de route wacht mijn boek. Vriendin M bracht er drie! te leen mee. Een schot in de roos want M weet ook dat boeken tot de mooiste en bestendigste vermaken behoren. Dit zijn boeken om bij weg te dromen, om je te verbazen, om je dingen af te vragen, een smulroute in je hoofd en hart. Een echtpaar, in een dorp van 200 inwoners, slechts 15 meer dan wij. Maar wel met een piazza, een bar voor het ontbijt, maar ook voor een fax en telefoon en voor een veel proeverijen diner 's avonds. Twee bakkers, een slager, een stomerij, naaiatelier en ga nog maar even door. Weken vol kastanjes en paddenstoelen, een winter vol olijven, koude vingers die rozemarijnbroden uit een oven trekken. Veel families maar eigenlijk toch maar één.
Tijdens het wegdromen vraag ik me veel dingen af. Veel overeenkomsten maar nog veel meer verschillen. Waar komen ze toch vandaan? Is het cultuur, geschiedenis? Ik ben er nog lang niet uit, maar in mijn hoofd ben ik op reis.
Gelukkig, nog 1,25 boek te gaan!
De meest gebruikte groente hier in huis is wel de paprika. Altijd in huis en meestal in grote voorraden. Ik koop de lange gifgroene paprika's, erös(pittig) of de zoete lichtgele puntjes. Die groene zijn het lekkerst alhoewel je met de pittigheid moet leren omgaan. Sommigen zijn namelijk helemaal niet pittig en sommigen mega. Oplossing, gewoon tijdens het koken een stukje proeven en je weet hoe ver je kunt gaan.
Ik koop de paprika's los. Ze liggen in bakken op de markt of in de supermarkt en ik stop er 15 of 20 in een zakje. De zomer is de gunstige tijd dan kosten ze weinig, zo'n 35 forint per stuk, in de winter soms wel 85 forint, maar toch, een koelkast zonder komt niet vaak voor.
Ze komen uit Hongarije zelf, daar let ik goed op, maar soms, heel soms zijn ze echt niet te krijgen en neem ik mijn toevlucht tot Jordanie.
Sinds ik hier verblijf let ik dus op de afkomst van de groente. In NL nooit zo gedaan, ik kocht waar we zin in hadden, en dat kwam uit Israel of Spanje of uit een ander ver land. Omdat het veel lekkerder smaakte en goedkoper was, deed ik wel veel boodschappen in Turkse winkels. Ik had niet de behoefte om op zoek te gaan naar NL produkt. Hier dus wel, ik ga voor Hongaars produkt zo veel mogelijk.
Is het alleen uit principe? Nee, zo is het ook niet eens begonnen. H paprika is gewoon de allerlekkerste en dat daarmee de locale economie wordt gesteund is meegenomen. Zo lang de paprika's in onze moestuin nog niet klaar zijn, moet ik blijven inkopen.
Van de week was er een mooi programma op de NL tv over de paprika, en dan vooral over de NL paprika vs de Hongaarse en de vlucht die de NL paprika neemt hier in het land en dan vooral bij de Tesco's. Ik had het wel gezien hoor. Die NL paprika's, altijd gelijk van vorm, verpakt in een cellofaan, 1 rode, 1 gele en 1 groene. Ik liet ze standaard links liggen want als je H hebt hoef je niks anders.
Ik weet nu sinds de tv, dat dit stoplicht paprika's heten. Onderzoek heeft uitgewezen dat een zakje met rood, geel, groen beter verkoopt dan de losse kleuren en omdat de NL telers zo uitstekend samenwerken stoppen 3 verschillende telers deze kleuren in 1 zakje en verkopen als een tierelier, ook hier in H. En dat is nog niet alles. Brussel vindt die NL samenwerking zo interessant en goed, immers, schaalvergroting en kwaliteitscontroles leveren een produkt dat altijd het zelfde is en heel laag in prijs. Omdat de NL-se telers zo goed samenwerken zijn zij door Brussel als model voor Europa aangewezen en krijgen ze een groot deel van de Europese subsidies. Nog een reden dat de prijs laag kan zijn.
H telers werken niet samen. Ze zijn nou net zo blij dat ze na jaren van gedwongen samen nu alleen zijn en zelf kunnen beslissen. Dat ze moeten ploeteren, dag en nacht, dat ze weinig verdienen, weinig subsidie krijgen nemen ze op de koop toe want ze zijn vrij. En ze houden van hun produkt, de paprika. En ze zouden niet eens aan de Tesco's willen leveren want die gaan voor prijs en niet voor de beste paprika.
Maar de NL teler houdt ook van zijn produkt en zegt dat hij de beste heeft....onder high tech omstandigheden verbouwd, bacterievrij, altijd prachtig van vorm.
Wat nu te doen. De smaak moet maar beslissen. Dan lijkt het mij duidelijk. Alleen de geur geeft het verschil al aan. De H, rijk aan geur, de NL ruikt bijna niet. En dan de smaak, werelden van verschil, échte paprika of een vrucht die op paprika lijkt met veel water er in. In het tv programma maakte een H kok 2x een lecsó, 1x met de stoplichtpaprika's en 1x met de Hongaarse. En die stoplichten werden maar niet zacht en uiteindelijk toen het klaar was mocht de kok blind proeven. Gelukkig, de H was lekkerder, maar zoals H zijn, altijd vriendelijk, was de NL lecsó ook wel een beetje lekker......
En nu de biecht. Voordat ik het programma gezien had. Voordat ik wist van de NL teler-lobby, de subsidies, de high tech omgeving, het afknijpbeleid van de Tesco, had ik 1 zakje stoplicht paprika's gekocht. Voor de kleur. Ik had een recept in mijn hoofd, er kwamen vrienden, en daarvoor had ik die kleur nodig. Het recept kwam er niet van want we deden wat anders en dat zakje lag er maar, in de groente la van de koelkast. Wel kwam een ander voordeel van die NL stoplichten naar voren, ze blijven eeuwig goed, na een dikke week waren ze nog net zo als toen ik ze kocht.
Van de week trok ik het cellofaan open. Voor de zekerheid rook ik, maar ik rook niks. Ik maakte een kippotje met groen en geel, samen met wat uit de tuin. Het duurde even voordat de paprika lekker zacht was maar met alle H ingredienten erbij, te beginnen met H reuzel die we kregen van vrienden uit een eigen slacht, was het toch lekker geworden. P zei dat het gelukkig niet pittig was en lief van smaak. Ik heb de neiging om lief van smaak te verwarren met vlak en weinig smaak, maar het kippotje was wel een beetje lekker.....
Ik zal blij zijn als de paprika's uit de moestuin klaar zijn. Dat maakt de keuze nog gemakkelijker.
Oproep aan allen, ga voor smaak! Niet voor vorm, niet voor prijs of verpakking. Proef eens goed en je weet wat je te doen staat.
We hebben dit weekend al weer feest! Flicka is vandaag jarig en ze heeft de mooie leeftijd van 5 jaar bereikt. Uiteraard hebben we vanmorgen voor haar gezongen en uiteraard hebben Coco en Daksi ook feest. De grote varkensbotten lagen al klaar in de koelkast en terwijl wij koffie dronken met eigengebakken cake met de meggyes(zure kersen) uit de tuin was het een geknaag en gekauw van jewelste.
Coco fluisterde een mooie cadeausuggestie in mijn oor en ik fluisterde verder. Zoals het altijd gaat met dit soort fluisterspelletjes weet op een gegeven moment niemand meer wie nou wie als eerste in het oor heeft gefluisterd.....
De wens was een wandeling langs het strand met een koele zeebries.
Nou mis ik de zee sowieso maar dat is bekend. Maar nu, nu het hier om te stikken is, zouden zeewind, de geur van golven, klapwiekende meeuwen en witte kopjes erg welkom zijn. Boven de 30 graden is het en dat blijft voorlopig zo. Een kort wandelingetje naar de waslijn is al een bezoeking. Ik droom van de ooit bezochte Scandinavische stranden, breed, leeg en koel en tot aan enig moment in de verre toekomst dat die stranden misschien echt dichterbij zullen zijn, verschuilen we ons achter de dikke muren van onze pastorie.
We zouden al bijna vergeten dat we een paar maand geleden wat anders fluisterden, zin in zon, zin in zonder jas. De voorbereidingen voor andere tijden zijn al weer in volle gang. Er is weer nieuw hout en P zaagt en hakt en stapelt. Deze keer zowel in de schuur als ook op een mooie heuvel in de tuin achter de keuken.
Nu nog even verder dromen....
We hebben niks te klagen over de weg naar ons dorp. Weliswaar vol met kuilen die elk jaar gerepareerd gaan worden maar het dan toch net niet redden, maar verder is het prima. Hier en daar witte strepen in het midden en voldoende breed voor 2 auto's. De laatste weken is het oppassen geblazen, zeker in de onoverzichtelijke bochten. Het is oogst-tijd van het graan en dat betekent dat de grote landbouwvoertuigen van veld naar veld rijden en uiteraard "onze" weg gebruiken voor de tussen stukjes.
Beesten van wagens zijn het, prachtig om te zien. Breed, hoog en ook nog hoog op de pootjes om netjes over het graan heen te rijden. Ik ben er al een paar keer één tegengekomen. Snel remmen, naar rechts de berm in en de hand opsteken naar de opgestoken hand van de chauffeur. Mag ik het eigenlijk wel chauffeur noemen? Is het niet veel meer een machinist? Of een kapitein of een piloot? Ik weet het niet, maar ik weet wel dat deze voertuigen de hele weg in beslag nemen en dat ze ontzag inboezemen.
Deze week kwamen ze in actie op de velden tegenover ons. Je hoort ze aankomen want hun geluid komt overeen met hun postuur. Tijd genoeg dus om het fototoestel te pakken en klaar te gaan staan voor de actie. Dichtbij genoeg om het mooi te zien en ver weg genoeg om geen last te hebben van het stof.
Dinsdagavond waren we bij vrienden en genoten van een heerlijke avond met een heerlijke maaltijd. Op weg naar hen kwamen we langs graanvelden die ook net werden gemaaid. Voor die velden staat steevast een kurva die haar diensten aanbiedt bij een parasolletje of een paraplu, al naar gelang het weer beslist. Deze keer had ik dubbel medelijden met haar. Of eigenlijk driedubbel. De aard van haar werk op de 1e plaats, de brandende zon op de 2e en nu ook nog eens de wolken met graanstof waarin ze probeerde haar waardigheid te behouden.
Ik geniet van die beestachtige voertuigen. Vroeger al in de polder als er bietenoogst was, mega glad op de weg en vertraging als je er achter hing, maar wel héél mooi om te zien!
Ik stond onder de douche, het was 's morgens vroeg en ondanks dat het al om te stikken was, vond ik het toch vervelend dat het water niet warm werd. Terwijl ik wist dat het niet kon, keek ik schaapachtig of de een of andere onverlaat aan de thermostaatkraan had gedraaid, wat natuurlijk niet zo was. Het water bleef koud en snel spoelde ik zeep en shampoo weg.
Toen ik aangekleed was liep ik naar de schuur om een trap te pakken. De gasboiler was dus uit en dat ding hangt zo hoog dat ik er niet bij kan, laat staan goed op kan kijken, ook al ga ik met 1 been op het bad en met het andere op de vensterbank staan. Ik keek met deskundige blik en zag niet meer dan toen ik de trap nog niet had, de boiler was uit.
Nu hebben wij een aparte boiler. De automatische ontsteking is kapot, dus gemakkelijk aandoen, net zoals de kachels is er niet bij. Er moet een lange lucifer of aansteker aan te pas komen. Gas en vuur, daar heb ik het niet op, maar toch ging ik het proberen, zonder resultaat.....voor de zekerheid checkte ik het gasfornuis en dat deed het, dus het lag aan de boiler.
Ik houd niet van hulp vragen, maar nu moest het even, in het verleden heeft onze buurman A de boiler goed aan de praat gekregen. A werkt en was er dus niet maar zou direct na zijn werk even komen. Het is idioot maar toch was ik onrustig, de boiler is op leeftijd en uit kan ook stuk betekenen..
Om een lang verhaal in te korten, gisteravond om 22.20 deed de boiler het weer, gelukkig, niet stuk en weer een warme douche.
Over water gesproken, ik sproeide de tuin elke dag, de hitte deed de blaadjes krimpen en de aarde scheuren en ook al gaf ik braaf veel water, na een uur was er niks meer van te zien. Nu watert het sinds gisteravond uit de hemel en dat doet goed. Heerlijk, wat kun je blij zijn met regen! Het was meteen ook veel en hard met onweer en flitsen erbij. En vanmorgen opnieuw, het was toch echt morgen maar het leek nacht. Ik had alle lichten aan maar die gingen uit, stroom weg, internet weg, maar de gasboiler bleef aan!
De stroom kwam terug en het internet niet, maar inmiddels doet alles het weer. Zelfs tijdens het schrijven van dit blog zit ik afwisselend in licht en in donker, ik ga het maar snel versturen voordat er weer een kink in de kabel komt!
Sinds het vorige blog is er in de weersomstandigheden niet veel gewijzigd. Het regent, elke nacht, elke morgen en elke avond. Eigenlijk moet ik de wekker weer van de knipperstand afhalen, maar omdat de stroom er toch elke dag even vanaf is, is dat misschien verspilde moeite, en wakker word ik zo ook wel.
De moestuin wordt zompig. De laatste keer dat ik wat tomaten en courgettes plukte, nam ik met mijn klompen al hele plakken leem mee naar de gang. Er komen gekke witte plekken op wat tomaten maar echt verontrustend ziet het er nog niet uit. De pruimen doen het goed, de peren en de appels ook. En zelfs de plantjes met paprika schieten op, de zoete en de pittige, binnenkort kan ik plukken!
Voor het eind van deze week is er weer droogte en warmte voorspeld en eerlijk gezegd geniet ik nu nog van het "Nederlandse" weertje, zo irritant als je vakantie hebt, maar zo heerlijk verfrissend als je hier woont. En dat gedwongen binnen zijn heeft zijn goede kanten. Heerlijk lezen, een kast uitmesten en wat kan weggooien. En als er wat is, TV.
En gisteravond was er wat. Ik had het in de agenda gezet, onzin, want hoe zou ik het kunnen vergeten. Het 2e seizoen Zomergasten met Jelle BC.
Vlak voor het uur U leek het mis te gaan. Het hoosde, het waaide als aan zee en de schotel kon het niet aan. De TV was zwart met alleen rechts in beeld de rode stip, die laat weten dat de TV wel aan is maar geen beeld doorgeeft....
Op de afgesproken tijd was alles weer in orde en ik genoot, 3 uur lang van mooie fragmenten en van 2 leuke mannen die ook nog wat te vertellen hebben.
De komende zondagen zit ik gebakken, weer of geen weer, stroom en schotel dienende......
Er kwamen vrienden van vrienden en dat was gezellig. Ik bakte koekjes van het recept van Maria, met de gemalen walnoot en ik maakte een auberginecréme met spulletjes uit de tuin. En als mijn trots in een bakje apart omdat je er niks meer mee hoeft te doen, de prachtige cocktailtomaatjes waarmee je de zon op je tong proeft.
Leuk om te doen en zeker leuk om te merken dat het in de smaak viel. Zo anders dan in NL....ik realiseer me het eigenlijk altijd pas achteraf. Niet veel boodschappen te doen want er ligt en hangt het een en ander in de tuin. Niet naar een Rémy voor gebak maar eigen koekjes met eigen noot en wat vooral anders is. Bezoek overdag....niet 's avonds, stressend vanuit de file onder de douche en omkleden en weer in de auto springen de volgende drukte in. Overigens zonder waarde oordeel, geen kwaad woord over Rémy en geen kwaad woord over de heerlijk- en gezelligheden in NL. Alles heeft zijn charme, ik registreer alleen de verschillen.
De vrienden van de vrienden waren hier voor het eerst en daarom deden we de grote ronde door huis en tuin. Ik genoot er zelf van. Als vrienden oprecht stil vallen en zeer gemeend laten horen hoe mooi ze het vinden, doet dat mijzelf ook nog eens met verse ogen kijken. En dat doet goed. Hoe snel raak je gewend en hoe snel bagatelliseer je je eigen werkzaamheden op je landgoedje. En toen ik de vrienden uitzwaaide was ik ook weer oprecht trots op onze bedoening.
Ik plukte nog meer tomaat, en paprika, een paar zoete en wat meer hete. Ze geuren de schaal uit, heerlijk!
Ik had een lange avond voor de boeg en maakte een dip voor bij de paprika. Een gouwe ouwe....knoflooksaus. En ik moet zegggen dat hij goed gelukt was. Citroensap beetje opwarmen in de magnetron, een flinke theelepel suiker er in oplossen, knoflook naar smaak toevoegen(geperste) en dan half zure room, half mayo toevoegen, ook weer naar eigen goeddunken. Als je hebt nog wat fijngeknipte bieslook, peterselie erdoor en eventueel wat zout en peper. Zelfs als je geen eigen lekkere paprika's hebt, smaakt het de moeite waard.
De lange avond was mooi. Weer een interessante Zomergast die wat te melden had. En ook zo veel te melden had, dat je er de volgende dagen nog mee bezig bent. En deze keer ging ik zelfs het hele traject want de keuze film leek me ook prachtig. En dat was hij ook, maar tegelijkertijd ook vreselijk, gruwelijk, aangrijpend. Voor de niet kijkers even kort. De film gaat over een zeer succesvolle man, die na een zeer zwaar CVA, het locked in syndroom heeft. Je moet je dat zo voorstellen. In het brein functioneert alles goed, echter de hersenstam is dusdanig beschadigd, dat er geen enkele impuls bij spieren dan wel ledematen terecht komt. Totaal verlamd. Inclusief spraak dus. Letterlijk dus een opgesloten brein. Als je er over nadenkt dat ons dit zo kan overkomen.....niet doen maar!
CFD trokken de avond niet, ze lagen al uren op hun kleedjes, kwamen af en toe even kijken waar ik bleef en dropen dan weer teleurgesteld af. Om half 2 voegde ik me bij hen.
Vandaag ging de tuinvlijt verder. Ik bond de tomaten op, snoepte ondertussen frambozen en cocktailtomaatjes en af en toe een reine claude pruim.
Helaas moet er ook ander onderhoud plaatsvinden, ik brak een stuk van mijn kies, zaterdagmorgen, na het eten van kefir.....daar kan het niet aan gelegen hebben. Vergezeld door fijne boorgeluiden sprak ik de assistente vanmorgen vroeg door de telefoon en hoorde dat er pas weer in september een gaatje......zou zijn. Maar vanwege de breuk word ik gebeld wanneer er eerder plaats is. Dat klinkt wel als service.
Als ik het zo eens bekijk zou het me niet verbazen als er een Korona moet komen. Gelukkig zijn de notenkoekjes op.
De afgelopen drie weken was P met zijn familie in mooie oorden. Mooie, verre oorden. Voorafgaand was er een lang proces van planning maar mede omdat CFD niet in de mooie verre oorden werden verwacht, hadden wij na wat hoofdbrekens besloten om ons op te delen. P mee met zijn familie en ik op honk. Weliswaar ben ik de "reiziger" van ons tweeën, maar mijn tijd komt op een ander moment wel weer.
Om mij heen was er soms wat meewarigheid, 3 weken, alleen......
Dat was echt niet nodig. Allereerst was ik niet alleen want ik was bij onze grootste schatten CFD en bovendien onderschrijf ik de stelling dat je alleen over het algemeen niet eenzaam bent, eenzaamheid overvalt je merentijds in groepen.
En er was ook genoeg te doen. De eerste week was het weer om te sproeien en de 2e en 3e week om te plukken. En het was ook weleens lekker om alles met mijzelf te overleggen, scheelde een hoop in snelheid en aantal woorden. Verder liep het overleg met CFD ook altijd gestroomlijnd en verder deden zij wat ze wilden en ik ook. Lampen aan op alle plekken binnen en buiten die ik wilde en zo lang als ik wilde. Plannen op mijn tijden. Goede hoeveelheden sambal, wel 4x garnalen. En "werk" in huis en tuin op mijn manier, misschien niet efficient, misschien wel klungelig, maar alles verliep uitstekend.
De grasmaaier kreeg ik niet aan de praat, maar dat was gelukkig geen schande, daar is een echte P truc voor nodig die mij niet gegeven is.
Sinds 2 dagen zijn we weer helemaal compleet. De pannen met kokerij zaten vol en stonden klaar, de oven had z'n uren gedraaid voor cake en koekjes en op het bed lag een romantisch overtrek. Ik haalde P op in B, samen met D en die begroeting was leuk. Later in de tuin nog eens dunnetjes over met CF.
P is nu weer druk, het gras is al gemaaid, M en M al bezocht en er staan er nog meer op het lijstje voor vandaag en morgen.....
Mijn afspraak bij de tandarts was om 12 uur. De ervaring leert dat afspraken in de gezondheidszorg hier je de zekerheid geven dat je die dag aan de beurt bent, in ieder geval, en dat is mooi. Ik was uiteraard al eerder bij de tandarts en wist dat ik daarna niets vasts moest afspreken. De verhalen om mij heen over doktersbezoeken en laboratoria vertellen van uren wachten, van parkeerautomaten bijgooien in de stad, van zuchten, steunen en volle naargeestige wachtkamers. Dan is mijn tandarts nog een gunstige uitzondering.
Er staan planten die leven en groen zijn. Er is daglicht en er zijn gemakkelijke stoelen. En deze keer bleef het wachten zelfs beperkt tot 50 minuten in een onbegrijpelijke omgeving van patienten die weliswaar later kwamen en toch eerder mochten.
De tandarts zelf is vriendelijk, ik schat haar van mijn leeftijd en ik zie haar gesponsord door vertrouwde merken als Oral B en Sensodyne. Ze neemt de schade aan mijn kies op en humt. Omdat ik haar niet zo goed ken weet ik niet hoe ik haar hummen moet interpreteren en daarom vraag ik er maar gewoon naar. Reparatie of een korona? Het kan gewoon gerepareerd worden, dat is fijn, en dat ze het meteen gaat doen is ook nog mooi meegenomen. Even denk ik aan mensen in een wachtkamer die wachten, op mij, maar die gedachte is net zo snel weg als ze gekomen is.
De tandarts start een verhaal waar ik niks van begrijp en even ben ik in verwarring. Over het algemeen begrijp ik de strekking of snap ik een woord waardoor ik alles snap, maar nu zit ik letterlijk en figuurlijk even met de mond vol tanden. Dan haalt ze een voorwerp uit een bakje, laat het me zien en zegt Injekció???? Het verhaal dat ze vertelde was dus gewoon de vraag of ik verdoving wilde. Opgelost en snel knik ik van "Nee" want verdoven voor boren vind ik onzin.
Ik krijg een mooi gesteven linnen doek over me heen die zorgvuldig in mijn hals wordt vastgezet en de noodzakelijke handelingen gaan beginnen. Het duurt even want het is een grote reparatie maar in het licht van de wachttijd is het toch weer snel voorbij. Na de klus doet ze nog een algehele check en helaas ziet ze 2 kleine onvolkomenheden waarvoor ik in september toch nog een keer mag terugkomen. Ik heb de halve dag al geblokt in de agenda.......
Vriendelijk nemen we afscheid, het Sensodyne mondkapje hangt los onder haar kin en haar veiligheidsbril ligt netjes opgeborgen.
Toch weer opgelucht loop ik weg, slechts een gering aantal forint lichter, in NL misschien net genoeg voor een consult en 1x parkeermeter.........
Het kan niemand ontgaan. Elke dag komen er auto's met riedeltjes door ons dorp, riedeltjes die waarschuwen, oproepen of verleiden. Verleiden tot koop wel te verstaan want de auto's met riedeltjes zijn verkoop auto's.
Toch zie ik ze nog een beetje anders. Ik zie ze ook als service auto's. De service van kopen aan de deur. De service van niet het dorp uit moeten, de service van spullen kunnen kopen ookal ben je slecht ter been, ziek, of heb je gewoon geen auto.
Wat te denken van de grote gasflessen waar hier in veel huizen nog op wordt gekookt. Zie je het voor je, een dame of heer van 80, lopend met een stok, met een gasfles van een meter hoog, die probeert de bus in te stappen, met de fles onder de arm geklemd?
En wat te denken van diepvries spul? Netjes gewikkeld in kranten maar omdat de bus natuurlijk gaat zoals hij gaat, toch ontdooid als je thuis bent.....Nee, dan is die service van de riedelauto's toch maar mooi meegenomen!
De gasfles riedel heeft nu een concurrent. Voor gas komen er nu 2 auto's, een grote met open bak en een kleine dichte bestelwagen, ieder met een eigen riedel. Voor diepvries hadden we er al 2, één op woensdag en één op zaterdag, uiteraard met eigen riedel.
Nu het seizoen voor ijs is aangebroken komen er ook de losvaste riedels door het dorp, maar omdat ze dat elk jaar doen en elk jaar dezelfde riedel hebben, herken je ze en weet je wat ze bieden. Bovendien doen de losvaste riedels 2 rondjes door het dorp voor diegenen die aan de eerste verleiding weerstand konden bieden.
Sinds een jaar hebben we ook een melk auto met verse melk uit het buurdorp en sinds een paar maand een broodauto en de riedels zijn aanstekelijk en ik zie dat er wordt gekocht en ik hoor van de mensen om ons heen dat de kwaliteit goed is.
Dan hebben we de grote Mercedes met de luidspreker op het dak voor de meloenen en dat weten we omdat hij geen riedeltje heeft maar gewoon dinnye dinnye roept(meloen, meloen).
Auto's die geen riedel hebben maar omroepen wat ze in de wagen hebben, komen ook regelmatig, maar eerlijk gezegd verstaan wij ze slecht. Niet vanwege de taal, maar vanwege het beroerde geluid van de installatie.......in ieder geval komt er een groente- en fruit auto langs.
Onze postás heeft geen riedel, maar dat hoeft ook niet, hij komt elke dag op ongeveer dezelfde tijd en als hij nadert sprinten CFD naar het hek om hem luid blaffend de weg te wijzen.
Een vlees auto hebben we nog niet, niet mét en niet zónder riedel maar dat probleem is nu ook opgelost. We kregen vorige week een telefoontje van M, dat er die nacht een kalf zou worden geslacht bij onze overburen en dat vanaf 8 uur 's morgens de verkoop van het vlees zou plaatsvinden. Ook een soort riedel dus, maar dan anders.
P dacht dat het met de verkoop niet zo'n vaart zou lopen en kuierde om 8.30 naar de overkant. De eigenaar en de slachter waren ter plaatse en de eigenaressen/dames van de verkoop, met nette administratie en bonnetjes erbij. Er was al heel veel weg want het leven begint vroeg hier in het dorp, maar een zak botten voor de soep en 3 kilo vlees voor de gulyás was er nog te koop.
Er kwam iemand eten dus de eerste kilo is al op en het was uitstekend vlees. Even wat vet wegsnijden voordat het de pan inkomt, maar dat is ieder zijn eigen verkiezing.
Als het straks herfst wordt verwacht ik de wagen met gordijnen en beddespreien.
Ik denk vaak aan hoe het over 10 jaar zal zijn. Bestaan de riedels nog? ZIjn er meer? Is het uitgestorven? Hier in het dorp is het eerste levensbehoefte, nu nog tenminste. Hoe zal dat zijn als de huizen leeg staan, of bevolkt worden door jonge mensen met auto's, of door buitenlanders met over het algemeen iets meer geld?
Of is er voor ons nog een gat in de markt? Zou er nog behoefte zijn aan meer.....een auto hebben we en een riedel is er zo op gemonteerd........
We kregen bezoek en was dus in de keuken te vinden, voor onder andere een appeltaart en voor Turkse aubergine creme met spulletjes uit de tuin. Ik kook graag alleen. Trouwe lezers weten dat ik met veel plezier meegedaan heb aan diverse kookworkshops, maar thuis sta ik het liefst alleen achter het aanrecht. P en ik gaan niet goed samen met potten en pannen. P heeft veel suggesties die klinken als wat anders dan suggesties en ik ben niet de makkelijkste. Ik voel zelfs ogen met afkeurende blikken in mijn rug, dus kook en bak ik alleen.
Of liever gezegd, niet met andere mensen want zoals overal is Coco bij me. In de keuken draait hij rondjes totdat hij een plekje heeft gevonden naast mijn benen, vlak tegen aanrecht of fornuis aan. Ik weet het en sta stokstijf en bij elke stap die ik zet doe ik heel voorzichtig met zijn uitstekende pootjes of staart. Het is gezellig met Coco. Hij bemoeit zich nergens mee, kijkt zeer belangstellend en is bereid op te ruimen wat ik per ongeluk laat vallen.
Meestal is Coco alleen, maar bij de koekjes van Maria voegt Flicka zich bij hem omdat ze weet dat we altijd een kleine "deegtest" doen. Daksi houdt zich op afstand maar 's morgens bij het maken van ontbijt zijn ze alledrie present voor een halve boterham.
De taart was lekker en de auberginecreme ook en nu zijn we alweer bezig met het volgende. In de hitte van vandaag hebben we weer emmers tomaten gekookt en in glazen potten ingemaakt voor herfst en winter. Net geluncht met mini eitjes van de nieuwe kippen van Maria, heerlijk. Achter mij staan kippenpoten in de marinade, met rode wijn, rozemarijn en knoflook, voor vanavond als het hopelijk wat is afgekoeld. Het hoofdgerecht is van P, een lekker en beproefd recept.
Er is hier ook een weerswaarschuwing:
Extreme hitte kan gevaarlijk zijn voor "outdoor activities". Ik geloof het onmiddellijk, de zon valt zwaar en binnen de pastorie-dikke muren is het iets beter uit te houden!